EU–afdracht Nederland op termijn 450 miljoen euro lager
Nederland zou vanaf 2011 jaarlijks zo’n 450 miljoen euro minder hoeven te betalen aan de begroting van de Europese Unie. Dat blijkt uit een voorstel van de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU, waar woensdagmiddag na lange discussie overeenstemming over is bereikt. De EU–regeringsleiders moeten in 2006 een definitief oordeel vellen over het voorstel.
Het bedrag is een schatting, gebaseerd op een raming van het Nederlandse nationaal inkomen in de toekomst. Momenteel betaalt Nederland veel meer aan Brussel dan het ontvangt. In het voorstel van de Commissie komt er een algemeen kortingsmechanisme voor zogenaamde nettobetalers.
Nederland heeft daar lang op aangedrongen. „Nog maar een jaar geleden was dat onbespreekbaar, en nu ligt er een concreet voorstel", aldus een tevreden Nederlandse diplomaat. Bronnen rond het kabinet delen die mening, maar wijzen erop dat de precieze invulling nog niet naar Nederlandse wens is.
In ruil moet Groot–Brittannië zijn huidige, zeer gunstige korting inleveren. Dat ligt erg moeilijk, want op termijn moet Londen miljarden meer afdragen aan de EU. „Hier kunnen we niet eens over onderhandelen", aldus de woordvoerder van de Britse EU–ambassade. „Het is belachelijk en overduidelijk oneerlijk om de Britse bijdrage te verdubbelen terwijl de Fransen schatkist gespekt wordt met 9 miljard euro per jaar aan landbouwsubsidies."
Alle EU–landen hebben in deze kwestie vetorecht. Tekenend is dat de twee Britse leden van de Europese Commissie tegen het voorstel zijn. Om de Britten tegemoet te komen, komt er een overgangsperiode van vier jaar.
EU–landen die per saldo meer dan 0,35 procent van hun nationaal inkomen afdragen aan ’Brussel’, krijgen straks een korting van tweederde over het meerdere. De totale korting in de hele EU mag nooit meer dan 7,5 miljard euro zijn, aldus het voorstel.
Voor eurocommissaris Schreyer (Begroting) zijn de Nederlandse klachten niet de belangrijkste overwegingen. Belangrijker was dat het huidige mechanisme waar alleen Groot–Brittannië van profiteert, straks deels betaald wordt door de tien nieuwe, doorgaans arme lidstaten. „Er is nu een nieuw gegeven: de uitbreiding van de Unie. Daarom moest er een voorstel komen", zei ze. Arme lidstaten gaan er per saldo op vooruit.
Nederland verschilt van mening met de Europese Commissie over de cijfers. Nederland telt bij zijn bijdrage steevast de douane–inkomsten mee, die moeten worden doorgesluisd naar ’Brussel’. Door de vele goederen die Nederland in komen dankzij de Rotterdamse haven, is dat een fors bedrag. Volgens de commissie is dat Europees geld, dat niet door de Nederlandse burger wordt opgehoest. Volgens de Nederlandse definitie betaalde iedere inwoner vorig jaar per saldo 180 euro aan ’Brussel’, volgens de Commissie was het 137 euro. In beide gevallen is Nederland de grootste betaler.
Ook woensdag herhaalde de Commissie de eerdere voorstellen voor de meerjarenbegroting van 2007 tot 2013, waarbij de bestedingen flink oplopen. Brussel wil gemiddeld 1,14 procent van het ’nationaal’ inkomen ter beschikking hebben. Nederland en vijf andere landen pleiten voor 1 procent. Als huidig EU–voorzitter wil Nederland nu een discussie op gang brengen over de verschillende onderdelen van de begroting.