Sjaak Verboom over zijn top drie van iconische beelden
Apocalyptisch. Dus: als was het einde der tijden aangebroken. Met dat woord werd deze week een beklemmende foto na de brugramp in het Italiaanse Genua omschreven. De afbeelding toont een vrachtwagen die net op tijd wist te remmen op de ingestorte brug. De pakkende plaat beneemt menigeen de adem. Vaker duiken iconische nieuwsfoto’s op. Drie mediamensen over hun top drie van indrukwekkendste beelden van de afgelopen jaren.
„Foto van aangespoelde peuter is aanklacht”
Sjaak Verboom, fotograaf.
- „De foto van het Syrische peutertje Aylan, dat aanspoelde op een Turks strand, vind ik iconisch. De aangrijpende plaat uit 2015 is heel krachtig. De compositie is helder, er zijn geen elementen die afleiden. Het overleden kind in zijn rode truitje en blauwe broekje en met zijn mooie schoentjes. Je kunt je ermee identificeren. Ik had het zelf kunnen zijn, want in mijn kindertijd droegen wij zulke schoentjes en kleren. Het had een van mijn kleinkinderen kunnen zijn.
Een iconische foto staat voor meer dan alleen het afgebeelde. Het gaat over iets groters, iets universeels. De afbeelding met het 3-jarige jongetje vertelt het verhaal van de eindeloze vluchtelingenstromen op de Middellandse Zee. Maar in algemene zin toont de foto de kwetsbaarheid van het kind dat is overgeleverd aan de wereld van de volwassenen.
Bovendien is de plaat een aanklacht tegen de oorlog in Syrië. De foto herinnert aan de onmacht of de onwil van het Westen om te voorkomen dat meer vluchtelingen verdrinken. Al heb ik ook de antwoorden niet.
Het verhaal gaat dat de foto in scène zou zijn gezet. Als iemand het lichaam van dat jongetje heeft versleept om zo een sterke foto te maken, vind ik dat zeer verwerpelijk. Maar ik wantrouw dit soort complottheorieën; ze leiden af van het primaire appel dat van dit beeld uitgaat.”
- „De vreselijke foto van een man die uit een van de brandende Twin Towers in New York springt. Sereen en apocalyptisch tegelijkertijd. Hij gaat zijn ondergang tegemoet. Sinds de aanslagen van 11 september 2001 is de wereld veranderd. Alles is gaan schuiven. Tot dat moment dachten we dat alles beter zou worden. De Koude Oorlog was voorbij. Maar het beeld van die vallende man markeert het begin van een nieuwe tijd, met islamitisch terrorisme en de veel destructievere reactie van het Westen daarop.”
- „Bloedstollend vind ik een stukje uit een documentaire over een klooster in Spanje. Het was pas te zien in het tv-programma Zomergasten. Een monnik vertelde een cameraploeg over een samenwerking met Google. Het internetbedrijf had eeuwenoude boeken uit de rijkgevulde kloosterbibliotheek gedigitaliseerd en op internet openbaar gemaakt. De monnik vertelde er met veel dankbaarheid over. Totdat de interviewer vroeg: „En, heeft Google u betaald?” Toen viel de monnik stil. Je zag de enorme schrik op zijn gezicht. Het plotselinge besef: we hebben een geestelijke erfenis weggegeven.
Iconisch, vind ik, omdat je in de schrik van die man iets veel groters ziet: hier wordt een gevende levensinstelling die gebaseerd is op een eeuwenoud geloof in geestelijke waarden, verzwolgen door een materiële levensinstelling die is gebaseerd op zelfverrijking. Huiveringwekkend.”
„Foto Sudan gaf werkelijkheid niet weer”
Hildebrand Bijleveld, journalist bij de Leeuwarder Courant en voorheen EO-presentator en docent journalistiek. Was van 2000 tot 2016 buitengewoon zendingsarbeider van de PKN in Sudan, waar hij mediaprojecten opzette.
- „Bijzonder vind ik een foto uit 1993 die de droogte in Sudan moest weergeven. Fotograaf Kevin Carter won er in 1994 de prestigieuze Pulitzer Prize mee. Toch is er iets aan de hand met deze foto, die de wereld over ging. Het beeld straalt namelijk het tegendeel van de werkelijkheid uit.
Op de foto zie je een vermagerd kind met op de achtergrond een gier. De boodschap van de foto is: dit kind is stervende, het blaast bijna de laatste adem uit. De gier zit te wachten tot hij op het slachtoffertje kan aanvallen.
In werkelijkheid was er iets heel anders aan de hand. Hoewel in Sudan zeker ernstige hongersnood heerste, ging het met dat kind op de foto juist goed. Het was niet verloren, maar juist gered. Het jongetje had net eten gekregen in een gaarkeuken. De foto is gemaakt in de buurt van een vuilnisbelt. Op die plek zaten altijd gieren te azen op wat eetbaars. De vogel had het niet voorzien op dat kind.
De foto stelt ons ook ethische vragen. Ik heb er met studenten journalistiek vaak over gesproken. Stel dat het kind wel stervende was geweest, moet je dan dat ontluisterende moment vastleggen? Mede door groeiende kritiek op de bekende foto beroofde fotograaf Carter zich later van het leven.”
- „Fascinerend vind ik een foto uit 2017 van een oude man in de verwoeste Syrische stad Aleppo. Na een bombardement zijn de muren van zijn huis ingestort. Toch straalt de pijprokende man volkomen rust uit. Hij is in de weer met zijn platenspeler, die onder het stof zit. Dat ding is kennelijk een hechtpunt in zijn leven. Wij journalisten focussen vaak op schreeuwende menigtes en in paniek rondrennende mensen. Deze foto leert mij dat mensen ondanks grote ellende toch een zekere rust kunnen vinden. Ik heb de plaat al meer dan een jaar als achtergrondfoto op mijn computer. Onder die foto heb ik geschreven: ”Saevis tranquillis in undis”. De lijfspreuk van Willem van Oranje. Rust te midden van de woedende baren.”
- „Op de omslag van het magistrale boek ”Congo. Een geschiedenis” van de Belgische auteur David Van Reybrouck prijkt een grandioos portret van een 104-jarige Congolees. De oude man draagt een bril met jampotglazen. Hongersnoden, aidsepidemieën, oorlogen – die man heeft het allemaal meegemaakt. In misère is hij groot geworden.”
,Ik word nog misselijk van foto Twin Towers”
Esther Voet, hoofdredacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad, voorheen onder meer directeur van het Centrum Informatie en Documentatie Israël.
::
1 „De aanslagen op 11 september 2001 in Amerika zijn qua nieuws voor mij de grootste schok geweest. Die brandende Twin Towers. Maar vooral denk ik aan de foto waarop een man uit een van die torens springt. Zijn dood tegemoet. Ik word weer misselijk als ik aan die foto denk.
Op 11 september 2001 had ik net een interview achter de rug. Over interieur. Ik was hoofdredacteur bij een woonblad. Toen ik uit de bus stapte, hoorde ik over de terreuraanslagen. Op weg naar mijn huis liep ik langs mijn kapper. Op de tv daar zag ik beelden van de Twin Towers die in brand stonden. Ik was in paniek. Ik heb meteen mijn moeder gebeld. Wij voelen in dit soort situaties hetzelfde. Heel wat keren zei ik tegen mijn moeder: „Het is oorlog.” In zulke situaties wil ik iets doen, ik wil problemen oplossen. Maar ik stond met lege handen.
Verschrikkelijk was dat na de terreuraanslagen de raarste complottheorieën de ronde deden. De Israëlische geheime dienst Mossad zou alle Joden in de Twin Towers vlak voor de aanslagen hebben gewaarschuwd om de torens te verlaten. Wat een onzin. Bij de aanslagen zijn veel Joden omgekomen.”
- „Kippenvel krijg ik nog altijd van beelden van het optreden in 2015 van de Frans-Joodse zanger Patrick Bruel, samen met de Israëlische musicus Idan Raichel en de Marokkaanse zanger Youness el Guezouli. Je hoort Israëlische en Arabische teksten. Begeleid door een orkest brengen de drie mannen een hartenkreet ten gehore. Ze roepen op tot eenheid. Hun boodschap is: we schrijven samen de geschiedenis, en dat kunnen we niet zonder elkaars geschiedenis te begrijpen. Na de terreuraanslagen in november 2015 in Parijs, onder meer in het theater Bataclan, was er aandacht voor het lied. Ook ik heb het meermalen rondgetwitterd.”
- „De foto van de in 2004 vermoorde cineast Theo van Gogh staat in mijn geheugen gegrift. Hoe hij daar lag onder een wit laken in Amsterdam. Voor het eerst werd Nederland direct geconfronteerd met moslimradicalisme. Moordenaar Mohammed B. was leider van de Hofstadgroep. Heel bijzonder: ik heb contact met twee voormalige leden van die Hofstadgroep. Onder wie Jason W., die in 2004 een granaat naar politiemensen gooide. Jason W. heeft zijn extremistische ideeën afgezworen en is nu vriend van Israël. Hij is meermalen bij mij thuis geweest. We hebben onlangs een interview met hem gepubliceerd in het Nieuw Israëlietisch Weekblad. Dat zo’n jongeman zich afwendt van het jihadistische gedachtegoed geeft mij hoop.”