Met een trillende stem van ingehouden woede verzorgde Willem Holleeder donderdag rond het middaguur zelf het slotakkoord van de dertigste zittingsdag in zijn strafproces. De twee uur daarvoor had hij geluisterd naar de getuigenverklaringen van zijn zus Astrid. Hij had zich „voortdurend” moeten inhouden, zei hij toen hij aan het einde kort het woord kreeg.

Volgens ‘de Neus’ strooide zijn zus opnieuw kwistig met onwaarheden tijdens het getuigenverhoor door zijn advocaat Sander Janssen, dat voortijdig moest worden afgebroken omdat haar raadsman Willem Jebbink de rest van de dag was verhinderd. Hierdoor keert zij later dit proces nog minimaal een keer terug. Een datum is nog niet bepaald.

Astrid Holleeder wees tijdens de ondervraging opnieuw met de beschuldigende vinger naar haar broer als het gaat om de reeks moorden waarvoor hij terechtstaat. Cor van Hout, Willem Endstra, Kees Houtman, Thomas van der Bijl: ze werden vermoord omdat Willem Holleeder zo besliste. „Hij zag zichzelf als de spin in het web. Hij wilde ze dood hebben en zaken afpakken”, zei ze.

Ook vertelde ze opnieuw uitvoerig over het „versluierende taalgebruik” van de Holleeders. „Wim zei kort na de moord op Endstra dat hij het niet kon hebben gedaan, omdat hij in het buitenland was. Maar voor ons was dat nou juist de bevestiging dat hij erachter zat.”

Dat een getuige Holleeder kort na de moord op Endstra in 2004 aangeslagen noemde, vond ze logisch. „Hij was gespannen. Een liquidatie is een stressfactor erbij.” Als haar broer de opdracht niet had gegeven, dan had ze na zijn terugkeer uit het buitenland „een heel ander gesprek” met hem gehad. „Dan zou zijn gezegd: wat is hier gebeurd? Dan was er een andere ‘feel’ geweest, een andere situatie.”

Het proces gaat 3 september verder.