Familie wacht al half jaar op lichaam piloot
De nabestaanden van een in Suriname overleden Nederlandse piloot wachten al meer dan een half jaar op het vrijkomen van de stoffelijke resten van hun familielid. Carmen Burleson, moeder van de overleden piloot, zegt van de autoriteiten nog geen duidelijke verklaring te hebben gekregen over waarom dit zo lang duurt.
Nederlander Donovan van Embricqs en een collega raakten in mei 2015 vermist. Op die dag verdween hun helikopter van de radar. Zoektochten door het helikopterbedrijf in de Surinaamse jungle leverden niets op en het zoeken werd gestopt. Bij toeval stuitten eind november 2017 twee arbeiders van een houtbedrijf op de resten van de helikopter en de inzittenden.
Burleson, die in Nederland woont, denkt dat het gebrek aan financiële middelen van de Surinaamse regering een reden is waarom het onderzoek zo traag gaat. Volgens haar heeft het Nederlandse Forensisch Instituut (NFI) om extra botmateriaal gevraagd om de identificatie te kunnen doen, maar Suriname zou dat niet kunnen opsturen vanwege geldgebrek.
Toch ontkomt ze niet aan het idee dat er misschien ook andere dingen spelen in deze zaak. Daarom wil ze dat alles onderzocht wordt, inclusief de helikopter. De politie heeft dat onderzoek ook toegezegd, maar tot nu toe heeft ze daar niks over gehoord.
„Misschien waren dingen van het toestel niet in orde. Natuurlijk, ongelukken gebeuren, en dat kan ook mijn zoon overkomen. Maar het moet nu wel onderzocht worden. Ook wil ik dat het bekend wordt dat we al zo lang wachten op het moment dat we mijn zoon kunnen begraven en we dit verhaal kunnen afsluiten”, aldus Burleson.
Volgens een woordvoerster van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag is Suriname nog met de identificatie van het stoffelijk overschot bezig.