Misdaadjournalist Paul Vugts: We moeten ons niet in de hoek laten schoppen
„We leven in een barre periode”, zegt misdaadverslaggever Paul Vugts van het Parool, zelf zwaar beveiligd wegens dreigementen uit de onderwereld. Hij reageert op de aanslag met een busje op het Amsterdamse Telegraafpand dinsdag.
Vugts gaat ervanuit dat de onderwereld achter de aanslag zit. „De modus operandi –met een busje een deur rammen en brand stichten– duidt daar op. Ik denk niet dat deze aanslag komt uit kringen van bijvoorbeeld dierenactivisten. Ik vermoed een link met de aanslag met een antitankgranaat vorige week op het pand van onder meer Panorama. Zowel de Telegraaf als Panorama publiceerden onlangs over specifieke Marokkaanse criminelen. Daar zouden die aanslagen een reactie op kunnen zijn.”
Onderduiken
Vugts zelf weet van maandenlange, zware overheidsbeveiliging. De Parool-journalist moest zelfs onderduiken. Aanleiding waren bedreigingen uit de onderwereld. Vugts geldt als specialist op het terrein van de Mocro Maffia, die deels bestaat uit jonge misdadigers van Marokkaanse origine. Hij schreef daar onder meer het in 2017 verschenen boek ”Afrekeningen. De onderwereld op straat en in de rechtszaal” over.
Hoe is het om zo zwaar beveiligd te worden?
„Er is geen enkele spontaniteit in je leven. Je moet alles overleggen. Je agenda doorgeven. Je bent altijd in gezelschap van anderen. Al waardeer ik de fantastische ploeg bewakers die zo veel voor je regelt. Het is ook weer niet zo dat je leven onmogelijk wordt gemaakt. Ik wil niet stoer doen, maar ik leefde niet in angst.”
Onder meer politici noemen dinsdag de aanslag op het Telegraafpand een regelrechte aanval op de persvrijheid. Deelt u die mening?
„Ik vind dat heel grote woorden. Maar de aanslag neem ik wel heel serieus. Feit is dat misdaadjournalisten, ikzelf dus ook, met een aantal vervelende bedreigingen te maken hebben. Toch ben ik ook weer niet zo pessimistisch als anderen. We leven nu in een slechte tijd. Maar ik houd rekening met een golfbeweging. Het verleden bewijst dat er ook weer een rustige periode kan komen. Ik zal niet zeggen dat we in een rechte lijn naar de afgrond gaan.”
Onderzoekster Marjolein Odekerken van het Verwey-Jonker Instituut stelt dat intimidatie en bedreigingen wel degelijk effect hebben. Sommige journalisten willen soms niet meer over gevoelige onderwerpen schrijven of mijden bepaalde wijken.
„Het zou kunnen dat cameraploegen zich niet zo snel meer laten zien in achterstandswijken. Wij misdaadjournalisten moeten gewoon aan het werk gaan. We moeten niet zwichten voor terreur en intimidatie. Als je maar een duimbreed toegeeft, neemt het aantal dreigincidenten hand over hand toe. We moeten ons niet in de hoek laten schoppen. Laten we nuchter blijven en onze stukjes blijven schrijven.”
Bent u na de bedreigingen aan uw adres alerter geworden?
„Ik doe sinds twintig jaar aan misdaadverslaggeving. In tijden van dreiging ben ik extra alert. Maar je moet ervoor waken om schrikachtig en paranoia te worden. Gezonde scherpte is goed.”
Wat staat hoofdredacties van bijvoorbeeld de Telegraaf te doen?
„Ik vrees dat van overheidswege meer beveiligingsmaatregelen worden opgelegd aan de media. Maar laten we nuchter blijven en geen schijnveiligheid creëren. Redacties moeten geen forten worden. Al die beveiligingsmaatregelen kunnen de werksfeer ook zwaar bederven. De redactieruimte van het satirische blad Charlie Hebdo in Parijs was een van de best beveiligde redacties van West-Europa. Maar we weten allemaal wat voor verschrikkelijks daar in 2015 is gebeurd.”
In 2016 werd misdaadblogger Martin Kok vermoord, mogelijk vanwege zijn publicaties over de onderwereld. Ziet u overeenkomsten met de aanslag op het Telegraafpand?
„Martin Kok was een geval apart. Hij schreef op een roekeloze en onbehouwen manier. Dat neemt niet weg dat zijn dood een dieptepunt was in de misdaadjournalistiek.”