Koning bezoekt Nederlandse militairen in Litouwen
Koning Willem-Alexander hervat vrijdag zijn woensdag begonnen en donderdag onderbroken staatsbezoek aan Litouwen. De rustdag had te maken met de nationale herdenking van het begin van de massadeportaties van Litouwse burgers door de Sovjet-bezettingsmacht.
De Sovjet-Unie had de drie Baltische staten in 1940 bezet en begon op 14 juni met het wegvoeren van tienduizenden Litouwers, Letten en Esten - voor de helft vrouwen en kinderen - naar werk-en strafkampen in onder meer Siberië. Moskou wilde zich ontdoen van de culturele en politieke elite van de Oostzee-staten. Met tal van plechtigheden werd in Litouwen stilgestaan bij de deportaties en daarop volgende genocide.
Vrijdagmiddag herdenkt de koning samen met de Litouwse president Dalia Grybauskaitė de Nederlandse honorair-consul Jan Zwartendijk. Deze „stille held” zoals de president hem noemde, heeft in 1940 aan het begin van de Sovjet-bezettingstijd duizenden Joden gered door visa te verstrekken voor uitreis naar Curaçao. Voor hem wordt in Kaunas, destijds tijdelijke hoofdstad van Litouwen, nu een monument onthuld.
De drie staatsbezoeken in één week worden afgesloten met een bezoek aan de bijna driehonderd Nederlandse militairen die in het kader van de vooruitgeschoven strijdgroep van de NAVO in Rukla zijn gestationeerd.