Archeologen graven schip op uit begin 18e eeuw
Archeologen van de universiteit van Groningen zijn woensdag in de Noordoostpolder begonnen met de opgraving van een vrachtschip uit het begin van de achttiende eeuw. Het gaat om een bewapende koopvaarder die vermoedelijk tussen 1715 en 1720 is vergaan in de toenmalige Zuiderzee.
Het wrak, dat ongeveer 30 tot 35 meter lang is, heeft tot dusver onder meer al een kruik, een katrol en honderden kanonskogels prijsgegeven. „Van het grote schip hebben we naast de bodem ook een groot deel van de bakboordzijde aangetroffen, waarbij het onderste ruim en bovengelegen dek, inclusief geschutpoorten, nog aanwezig zijn”, zegt maritiem archeoloog Yftinus van Popta. „We hebben hierin een uitzonderlijk complete en goed bewaard gebleven combinatie van lading, inventaris, tuigage en bewapening aangetroffen.”
Het schip komt vermoedelijk uit Engeland en heeft ook op de landen rond de Middellandse Zee gevaren.
De opgraving duurt nog tot eind augustus. Het wrak ligt midden in een agrarisch gebied en is niet toegankelijk voor publiek. In het gemeentehuis van Emmeloord wordt deze zomer een kleine expositie ingericht.