22 politiemensen in 2017 boven balkenendenorm
Vorig jaar zaten nog altijd 22 politieambtenaren boven de balkenendenorm. Het aantal wordt wel minder; in 2016 waren het er volgens de politie nog dertig. Met de resterende grootverdieners is afgesproken dat zij zullen gaan voldoen aan de norm.
Volgens de Wet Normering Topinkomens (WNT) mogen topfunctionarissen bij instellingen met een (semi)publieke functie maximaal 130 procent van een ministerssalaris verdienen. Bij de politie zijn dat vooral de leden en voormalige leden van de korpsleiding. Hun salariëring voldoet volgens de Nationale Politie wel aan de regelgeving, maar nog niet aan de balkenendenorm.
Een lid van de korpsleiding kwam boven de norm door de eenmalige uitbetaling van eerder opgebouwd vakantiegeld. De overige vier topfunctionarissen zitten nog te hoog, maar hun salarissen worden stapsgewijs volgens de regels afgebouwd.
Met andere ‘grootverdieners’, die volgens de politie formeel niet in de categorie topfunctionaris vallen, is afgesproken dat ze toch onder de WNT komen te vallen. Ze bouwen hun salaris vrijwillig af .
Het korps publiceerde naast de gegevens van (oud-) leden van de korpsleiding ook de inkomensgegevens van zeventien andere functionarissen die boven de WNT-norm uitkomen. In twee gevallen ging het daarbij om medewerkers die een eenmalige bruto schadevergoeding ontvingen. Het gaat om respectievelijk 733.000 en 946.000 euro. In beide gevallen ging het om medewerkers die een ernstige stressstoornis hebben opgelopen door hun werk bij de politie.
De balkenendenorm was vorig jaar vastgesteld op 181.000 euro. Daarbij zijn alle vaste en variabele onkostenvergoedingen inbegrepen, net als pensioenopbouw en beloningen op termijn.