Nu nog water en vuur in fusiegemeente Altena
Bezorgd, blij, gelaten en ongeïnteresseerd. De reacties uit Sleeuwijk en Wijk en Aalburg op het besluit van de Tweede Kamer om hun gemeenten te fuseren, zijn heel verschillend. De één weet niks van een herindeling, een ander maakt zich zorgen om de zondagsrust.
De markt van Sleeuwijk is maar klein: zes kramen staan er op het pleintje naast de Eikenlaan. Slechts enkele mensen doen er hun boodschappen. Veel interesse voor het besluit van de Tweede Kamer is er niet. „’t Zal mijn tijd wel duren”, zegt een vrouw uit Oudendijk, een buurtschap tussen Sleeuwijk en Woudrichem. „Een herindeling? Ik weet nergens van, dan moet je bij mijn man zijn”, reageert een ander.
„Sleeuwijk en Werkendam zijn eerder al gefuseerd,” weet de eerste vrouw te vertellen. „Dat was water en vuur. Je moest als Sleeuwijker niet naar Werkendam gaan voor een meisje, dan werd je het dorp uitgeknikkerd. Nu zijn we één gemeente en merk je er weinig meer van.”
De vrouw denkt dat hetzelfde proces zich zal voordoen als Werkendam in 2019 fuseert met Woudrichem en Aalburg tot de gemeente Altena. „Werkendam en Aalburg zijn heel christelijk, Woudrichem niet zo. Ook water en vuur. Dat zal wel slijten toch?”
Hans, een 65-plusser, is strijdlustig. „Je zult zien dat men in Aalburg over ons wil gaan heersen. De SGP maakt daar de dienst uit en wil dat straks in de nieuwe gemeente blijven doen. Maar dat kunnen ze vergeten.”
Een echtpaar voor de groentekraam is wat genuanceerder. „De fusie is moeilijk, maar nuttig”, zegt de man. „De gemeenten zijn absoluut niet op elkaar afgestemd. In Aalburg is de mentaliteit heel anders dan in Werkendam. Ze houden daar niet zo van regeltjes, het is een beetje een vrijgevochten volkje. Daarom is het goed dat we fuseren. In een grotere gemeente zijn de zaken beter geregeld. Dat zal in het begin best vuurwerk opleveren.”
Hoog tijd om naar Wijk en Aalburg te gaan. De markt is er nog in opbouw, maar de aangrenzende winkels trekken genoeg mensen om een praatje mee te maken. Een vrouw met paars haar laat in het Aalburgse dialect horen dat ze de fusie „maar helemaal niks vindt. Heel ander volk daar in Werkendam, maar dat zullen ze waarschijnlijk ook van ons vinden.”
Een mevrouw van middelbare leeftijd vindt het juist goed dat de herindeling door gaat. „Mensen zijn hier overwegend zwaargelovig. Een beetje meer mix, ook in de gemeenteraad, is niet verkeerd. Misschien krijg je dan meer leven en laten leven. Het verschil tussen doordeweeks en zondags vind ik hier nu te groot.”
Een oma achter een kinderwagen zingt: „Het regent, het regent, de pannetjes worden nat.” Ze vindt een fusie overbodig. „Aalburg doet het prima. Het is een hechte gemeenschap met korte lijntjes tussen burgers en gemeentebestuur. Als het gemeentehuis straks ver weg is, zullen vooral ouderen die niet mobiel zijn daar de dupe van worden.”
De Aalburgse maakt zich zorgen over de zondagsrust. „Het is hier nu lekker rustig op zondag. Daar genieten veel mensen van, of ze nu christelijk zijn of niet. Dat kan wel eens gaan veranderen na een herindeling.”
De achternichten Dingemans en Van Rijswijk delen die zorg. „Er is nu al een cafetaria open in Wijk en Aalburg, wij zijn bang dat er straks steeds meer winkels open gaan. Maar als gewone mensen hebben we daar toch niets over te vertellen.”