PVV groot in Rucphen, maar verliest in steden
Voor de PVV hebben de gemeenteraadsverkiezingen een gemengd resultaat opgeleverd. De beweging van Geert Wilders krijgt straks lokaal een voet aan de grond in dertig gemeenten. Maar in Den Haag en Almere, de enige twee gemeenten waar de PVV al in de raad zat, moet de partij verlies incasseren.
De PVV zakt in Almere van negen naar zeven zetels en in Den Haag zelfs van zeven naar twee. In Utrecht krijgt de PVV één zetel, in Rotterdam twee. Daar legde de PVV het af tegen Leefbaar Rotterdam en bleef ze steken op 3,7 procent van de stemmen.
Bij de Tweede Kamerverkiezingen van vorig jaar werd de PVV met 13 procent van de stemmen de op een na grootste partij, achter de VVD. In die orde van grootte scoorde de PVV bij de gemeenteraadsverkiezingen slechts op enkele plaatsen.
Uitschieter is Rucphen, waar de PVV ruim 20 procent van de stemmen kreeg, goed voor vier raadszetels. Maar de grootste partij in de West-Brabantse gemeente is de lokale RVP. Ook de VVD is er groter dan de PVV, die de afgelopen jaren wel vaker goed scoorde in Rucphen.
In Almere kreeg de PVV ondanks het verlies nog altijd ruim 13 procent van de stemmen. In Pekela, Terneuzen en Tholen kwam de uitslag daar in de buurt. In alle andere gemeenten bleef het resultaat onder de 10 procent. In Wilders’ geboorteplaats Venlo haalde de PVV 9,7 procent, goed voor vier zetels.
„Het belangrijkste doel, een forse uitbreiding van het aantal zetels en het PVV-geluid nu in dertig gemeenten te laten horen, dat is gelukt”, reageerde Wilders woensdagavond al. Hij erkende wel dat het resultaat in sommige gemeenten tegenvalt.
Verder komt de PVV onder meer in Zaanstad, Enschede, Zoetermeer, Arnhem, Maastricht en Den Bosch in de gemeenteraad.