Ondergronds feestje in Delftse spoorzone
De voltooiing van de spoorzone in Delft is na tien jaar bouwen in zicht. De grote bouwwerken als de spoortunnel, de parkeergarage en de fietsenstallingen zijn gereed. Zaterdag wordt er daarom een feestje gevierd.
Alle Delftenaren krijgen eenmalig de gelegenheid om hard te lopen door de Willem van Oranjetunnel, de nieuwe spoortunnel. Ze kunnen ook meedoen aan een ondergrondse lampionnenoptocht. Jongeren mogen skaten en dansen in de nieuwe Prinsenhof parkeergarage.
De afgelopen jaren is er veel veranderd in Delft. Het oude treinviaduct dat de stad doorsneed maakte in 2015 plaats voor een 2300 meter lange spoortunnel met ondergronds station. Bovenop is het nieuwe stadskantoor gebouwd met daarin geïntegreerd de stationshal.
Inmiddels is ook het casco van de tweede spoortunnel gereed, een exacte kopie van de eerste buis. Dus ook met twee sporen. Dit is nodig om meer treinen te laten rijden tussen Den Haag Centraal en Rotterdam Centraal.
De plannen zijn onderdeel van het Programma Hoogfrequent Spoor. Hierbij rijden treinen als metro’s: elke 10 minuten opstappen op een intercity of sprinter op de drukste trajecten van Nederland. Naar verwachting wordt de tweede tunnelbuis in 2023 in gebruik genomen.
Tegelijk met de bouw van de tunnels en het nieuwe station pakt de gemeente Delft ook de hele spoorzone aan, een gebied van 30 hectaren. Daar is ruimte voor gekomen sinds de treinen ondergronds gingen. Zo zijn achthonderd nieuwe woningen gepland. Op de spoortunnel komt een ruim stadspark.
De kosten van het totale project zijn begroot op een miljard euro. Dit zijn de kosten voor de tunnel en de stedelijke herontwikkeling. Het toenmalige ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft circa 330 miljoen bijgedragen. Verder is geld gekomen van het ministerie van VROM en de provincie Zuid Holland.