Leefbaar in Hilversum en Utrecht
Met veel beloften bestormde Leefbaar Hilversum in 1994 het politieke toneel. Het ging in meerdere opzichten zó belabberd in deze gemeente, dat omroepbaas Jan Nagel het hoog tijd vond om de politiek in te gaan met een eigen lijst. Dat is gelukt, maar niet iedereen is er blij mee. Nagel: „Ik ben het symbool voor behoud en uitbreiding van schone werkgelegenheid.” D66-voorman Erik Boog: „Door ruzies en inconsistenties is de sfeer in de gemeenteraad van het mediadorp behoorlijk verziekt.” De cafébazen Henk Westbroek en Broos Schnetz tilden in 1998 met veel lawaai Leefbaar Utrecht van de grond. In de harde realiteit sneuvelde echter de ene na de andere verkiezingsbelofte. Een kleine evaluatie.
Nagel had het tij mee. Hilversum was verwikkeld in grote problemen. Het gat in de door de provincie afgekeurde begroting bedroeg zo’n 50 miljoen gulden, de woonlasten waren enorm hoog, en de wegen totaal dichtgeslibd. Ergernissen genoeg in de Gooise gemeente. Nagel kwam met de oplossing: Leefbaar Hilversum!
De bevolking zag wel wat in deze man. Opkomend vanuit het niets haalde hij in 1994 acht van de 37 raadszetels binnen. Daarmee werd Leefbaar Hilversum in één klap de grootste partij in het mediadorp.
Nagel moest toezien hoe PvdA, D66, VVD en GroenLinks hem vakkundig buiten het college hielden. Maar zo kwamen ze in Hilversum niet van Nagel af. Fel haalde hij in september 1995 uit toen hem ter ore kwam dat twee ambtenaren een 13.000 gulden kostend reisje hadden gepland naar Australië. En dat terwijl de gemeente de artikel-12-status had. Verder lanceerde de Leefbaar-voorman een veelbekritiseerd plan voor twee kilometerslange geboorde tunnels onder natuurgebieden ten noorden en ten zuiden van Hilversum. Dat zou de oplossing zijn voor het permanente verkeersinfarct.
In april 1997 probeerde Leefbaar Hilversum samen met Hilversum 2000 PvdA-wethouder Flink naar huis te sturen, omdat hij geen stokje had gestoken voor de verloting van drie woningen aan jongeren tijdens een stadsdebat. De organisatoren van dit debat hadden op 25 februari drie certificaten weggegeven waarmee de gelukkigen voorrang kregen bij woningcorporaties. Een motie van afkeuring kreeg echter geen steun.
Ondertussen sneuvelden in deze raadsperiode drie CDA-wethouders van Financiën. Onmin over toekomstvisies, onvrede over het collegebeleid en onmacht om uit de impasse te komen, dat leefde in Hilversum.
De bevolking leek ongeduldiger geworden, als de verkiezingsuitslag van maart 1998 zo mag worden geduid. Veertien Leefbaar Hilversum-kandidaten veroverden een plekje in de raad, het CDA ging van zes naar vier zetels, GroenLinks van vier naar twee. De grootste winnaar zou de formatie leiden. Nagel had zijn zinnen gezet op een coalitie met PvdA, VVD en CDA. GroenLinks, D66 en de combinatie GPV/SGP/RPF waren niet interessant, omdat ze niets zagen in Nagels kostbare tunnelplannen.
Leefbaar leverde twee van de vier wethouders en kreeg de felbegeerde portefeuilles Verkeer en Financiën, Economische Zaken en Vervoer in handen. Nu zou het gebeuren. Maar de verwachte reddingsactie liep uit op een drama. Halverwege augustus gaven de wethouders B. Mooijen (VVD) en J. Flink (PvdA) na een opeenstapeling van incidenten de pijp aan Maarten. De druppel die bij hen de emmer deed overlopen was de wijze waarop Nagel omging met de afwijzing door VROM van een subsidieaanvraag voor een onderzoek naar de verkeerstunnel. Volgens de afgedropen wethouders verweet Leefbaar-voorman hun dat zij het project door onwil en ondeskundigheid hadden verknald.
De toon was gezet. Nagel nam zijn woorden terug, maar lijmpogingen liepen op niets uit. Het CDA gaf begin september 1998 aan het te willen proberen met Leefbaar Hilversum, maar er was nog een derde partij nodig. Om de hoog oplopende ruzies te sussen en uit de impasse te geraken, werd oud-commissaris van de Koningin J. Terlouw als mediator aangetrokken. Omdat geen enkele fractie met Leefbaar Hilversum in zee wilde, ontstond er eindelijk in de derde week van september een college van PvdA, CDA, VVD, GroenLinks en D66. De drie kleine christelijke partijen steunden de regenboogcoalitie, maar eisten geen wethouderszetel op. Het college had zo weer vijf mensen.
Het duurde geen maand, of er was weer ruzie. Nagel constateerde bij wethouder Flink „belangenverstrengeling.” Flink zou in augustus het college hebben opgeblazen, om zich zodoende zonder gezichtsverlies te kunnen bezighouden met zijn pas opgerichte bedrijf. Flink nam dat niet en spande een bodemprocedure wegens smaad en laster tegen Nagel aan. Weer een week of wat later deed Leefbaar Hilversum aangifte bij de politie wegens opzettelijke belediging door CDA-wethouder Van der Spek. De CDA-man had de fractie bestempeld als een stelletje „bruinhemden.” Eind 1999 moest burgemeester E. Bakker erkennen dat het hem niet was gelukt om tot een werkbare verhouding te komen. April vorig jaar struikelde het college opnieuw, nu over een busbaan.
„En nu zit Leefbaar sinds tien maanden weer met twee mensen in het college”, verzucht D66-fractievoorzitter Erik Boog. Nagel en Karen Heerschap vormen het dagelijks bestuur van de gemeente, samen met Henny Borstlap (PvdA) en Patric van den Brink (CDA). „Leefbaar Hilversum heeft bitter weinig bijgedragen aan het bestuur van onze stad. Verkiezingsbeloften zijn verdampt, en ze spelen altijd op de persoon. Inhoudelijk naar argumenten kijken is er gewoon niet bij. De sfeer hier in Hilversum is totaal verziekt.”
Boog: „Leefbaar Hilversum zou voor meer inspraak van de bevolking zijn. Wie schetst dan de verbazing als juist deze partij instemt met een inperking van de referendumverordening? Alles wat krom is, praat Nagel recht. Hij zoekt tegenstellingen. Zijn bestuurlijk gezwabber is heel slecht voor Hilversum. Miljardeninvesteringen in het mediapark, in railverbindingen en in een woonwijk van 750 huizen staan op de tocht. Alle plannen voor de wijk lagen klaar. Een zuiveringsinstallatie en sportvelden zouden daarvoor worden verplaatst. Allerlei procedures waren in gang gezet. Totdat Leefbaar Hilversum opeens weer met heel andere plannen kwam. Nu ligt alles op z’n gat, want niemand wil met zo’n onbetrouwbare partner in zee. Tijdens de komende raadsperiode zullen ongetwijfeld veel kiezers afhaken”
Nagel zelf denkt er anders over. Het viel niet mee om hem aan de telefoon krijgen. Eindelijk was het raak. Op de vraag wat zijn partij de afgelopen jaren voor Hilversum heeft gedaan: „U belt me uit bed. Na een stevig lijsttrekkersdebat gisteravond lag ik er heel laat in. Ik ga weer slapen, als u het niet erg vindt. Belt u gerust eens terug.” Een paar dagen later was hij wel beschikbaar. Op de vraag over de verhouding tussen Leefbaar Hilversum en D66: „D66 is een heel sympathieke partij. Maar het is niet direct een factor van betekenis in de Hilversumse politiek.”
Wat heeft u de afgelopen periode bereikt in Hilversum?
„Wij hebben een grote inspanning geleverd voor een intentieverklaring met NOB, NOS en de provincie over de ontwikkeling van het mediapark. Ik ben het symbool voor behoud en uitbreiding van schone werkgelegenheid hier in Hilversum. Verder hebben wij een heel goed plan gelanceerd om de enorme verkeersproblemen aan te pakken. Een geboorde tunnel is wel duur, maar het biedt een oplossing die de komende generaties meekan. Dat is goed voor het vestigingsklimaat voor bedrijven. Er is geen alternatief voor de tunnel, want de samenleving is tegen nog meer asfalt op het maaiveld.”
Toch staat u bekend als weinig constructief…
Dat klopt niet. We zitten nu dik negen maanden in het college. De gemeente wordt dankzij ons krachtig bestuurd. Er is ons geen enkele verdeeldheid gebleken. Een paar akkefietjes uit het verleden zijn uitgepraat. En over die woonwijk: wij hebben slechts de resultaten neergelegd van een onderzoek waarvoor het vorige college opdracht verleende.”
U profiteert van de malaise bij andere politieke partijen. Klopt dat?
„Wij zeggen gewoon wat onze ideeën zijn. Het is duidelijk dat paars niet voldoet. De kiezer heeft duidelijk uitgemaakt dat wij, ook na acht jaar opereren in Hilversum, wél bestaansrecht hebben. Uit de eergisteren gepubliceerde prognose van bureau Interview blijkt dat wij 37 procent van de bevolking achter ons hebben. Voor de nieuwe raadsperiode zou dat neerkomen op dertien tot zeventien zetels.”
Blijft u aan als wethouder, of kiest u voor de landelijke politiek?
„Ik wil graag wethouder blijven. Als we hier qua zetelaantal gelijk blijven of stijgen, dan doe ik dat. Als we zetels verliezen, dan ga ik verder als raadslid, gecombineerd met het lidmaatschap van de Tweede Kamer. Dat maakt de kiezer dus uit.”
Utrecht
In Utrecht zitten ze ook in het college, de Leefbaren. Sinds Westbroek en Schnetz (compagnons/eigenaars van het café Stairway to Heaven) in 1998 de partij Leefbaar Utrecht (LU) oprichtten, staat die ook werkelijk op de kaart. Bij de verkiezingen van dat jaar werd de partij, alle opiniepeilingen ten spijt, in één klap met negen van de 45 zetels de grootste in de gemeenteraad.
Westbroek sloeg met de zijnen onder meer een slaatje uit de onvrede over de dichtslibbende verkeersaders van de stad. Verder stelde zijn partij het prestigieuze Utrecht Centrum Project (UCP) onder kritiek. Dat was onder meer de voedingsbodem voor LU. „De Utrechtse politiek is uitermate ranzig”, zei hij. „Het moet anders, want het kan beter.”
Na deze monsterzege bleef Leefbaar Utrecht toch buiten het nieuwe college, mede omdat de partij zich tegen het Hoogwaardig Openbaar Vervoer (de busbaan dwars door de stad) bleef verzetten. LU kwam in de oppositie. GroenLinks, PvdA, VVD, CDA, D66 en RPF/GPV (nu ChristenUnie), vormden een regenboogcoalitie. Leefbaar Utrecht ageerde fel tegen het Utrecht Centrum Project (de grootscheepse opknapbeurt van het stationsgebied) en vond dat de bevolking zich hierover via een referendum zou moeten uitspreken. D66 zag dat ook wel zitten. Andere partijen waren hier op tegen, onder meer omdat de besluitvorming over die zaken al in een vergevorderd stadium verkeerde. De collegepartijen waren niet alleen om inhoudelijke redenen, maar vooral door de toon waarmee Westbroek opereerde, fel gekant tegen Leefbaar Utrecht.
De tussentijdse gemeenteraadsverkiezingen van 8 november 2000 hielp Leefbaar Utrecht met vijf extra zetels echter nog steviger in het zadel. Alle partijen waren het erover eens dat niemand meer om de partij van Westbroek heen kon. De collegeonderhandelingen verliepen allesbehalve vlot. Pas op 20 december waren ze eruit. De PvdA leverde twee parttime wethouders, de lokale partij Burger en Gemeenschap één voor zestien uur. De overige wethouders zouden fulltime optreden: Leefbaar Utrecht levert er drie en VVD en CDA elk één.
Het duurde echter niet lang voordat de eerste wethouder sneuvelde. Cultuurwethouder C. Verhoef (Burger en Gemeenschap) stapte op, nadat Westbroek en Schnetz hem vanuit Frankrijk per e-mail (kopie van het bericht naar Utrechts Nieuwsblad) adviseerden te vertrekken. Hij zou „broddelwerk” geleverd hebben. De Utrechtse politiek reageerde geschokt op de „achterbakse” handelwijze van de heren. „Het vertrek van Verhoef is een zegen voor de stad”, reageerde Westbroek.
Ondertussen maakte de raad zich zorgen om het vertrek van een aantal topambtenaren. Volgens fractievoorzitter Roel Freeke van de ChistenUnie is het vertrek van de ambtenaren het gevolg van het aantreden van de stadspartij van Westbroek. „Leefbaar Utrecht heeft als oppositiepartij ambtenaren geschoffeerd. Logisch dat die ambtenaren er nu niet op zitten te wachten om voor wethouders van die partij aan de slag te gaan.”
Freeke vindt het niet onbegrijpelijk dat Leefbaar Utrecht zich zo stevig in de domstad heeft kunnen nestelen. „Mensen protesteren graag tegen van alles en nog wat, maar willen uiteindelijk geen keuzes maken. En de politiek is niet in staat de juiste besluiten te nemen. Het apolitieke sentiment van Westbroek (helaas niet bereikbaar voor commentaar) spreekt aan. Bovendien wordt debat steeds meer theater. Als er maar leuke grappen en voldoende beledigingen over tafel gaan, is het goed. Dat gaat ten koste van de kwaliteit.”
De manier waarop de partij van Westbroek met de veelbesproken centrumplannen omgaat, maakt op de ChristenUnie weinig indruk. „Leefbaar Utrecht haalde heel veel kiezers naar zich toe met de belofte dat het het geldverslindende project behoorlijk zou afslanken. Gebleken is echter dat aan NS Vastgoed al 175.000 vierkante meter is toegewezen en dat het UCP nooit minder dan 235.000 vierkante meter zal gaan beslaan. Er is dus weinig verschil meer met het oorspronkelijke plan van het vorige college. Dit roept de vraag op waar het voor mei geplande UCP-referendum, ook een speerpunt van Leefbaar Utrecht, nog over moet gaan,” aldus Freeke.
Hoe dan ook, Westbroek is wel een duizendpoot. Hij treedt op als zanger, is presentator van het populaire radioprogramma Denk aan Henk, componeert liedjes, is kroegbaas en gemeenteraadslid. Niet dat hij nou elke veertien dagen de raadsvergadering bijwoont. Freeke: „Af en toe komt hij een keertje langs, roept wat door de microfoon, en verdwijnt weer. Dat hij heeft aangekondigd de politiek te verlaten, biedt perspectief voor Utrecht. Want zijn partijgenoten stellen zich over het algemeen veel behoorlijker op.”