Hielprik gaat baby op meer ziekten testen
Pasgeboren baby’s worden de komende jaren op nog eens twaalf aandoeningen getest. Het bloed dat met de bekende hielprik bij baby’s wordt afgenomen, wordt straks niet op negentien, maar op 31 ziekten onderzocht, schrijft staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) aan de Tweede Kamer.
De onderzochte ziekten zijn vaak niet te genezen, maar wel te behandelen. Het gaat bijvoorbeeld om taaislijmziekte en allerlei erfelijke bloedziekten. Hoe eerder de behandeling kan beginnen, hoe meer schade en leed dat vaak scheelt. Bijna alle ouders laten hun baby de hielprik ondergaan.
De hielprik brengt nu ieder jaar al ongeveer 180 keer aan het licht dat een kind een zeldzame aandoening onder de leden heeft. Door de geleidelijke uitbreiding tot 2022 komen daar nog eens twintig tot veertig kinderen bij, verwacht Blokhuis.
De uitbreidingsoperatie kost 14 miljoen euro. De hielprik kost nu nog jaarlijks 16 miljoen, maar dat wordt straks 27 miljoen.
Het vorige kabinet had al tot de uitbreiding besloten, maar wilde nog onderzoeken of bijvoorbeeld de laboratoria dat zouden aankunnen.