Mark de J.: Koen en ik waren vrienden
„Ik heb het echt niet gedaan. Koen en ik waren vrienden.” Huilend en met een rood aangelopen gezicht herhaalde verdachte Mark de J. woensdag nogmaals in de rechtbank dat hij Koen Everink niet heeft vermoord. De voormalig tenniscoach van Robin Haase staat terecht voor de gewelddadige dood van de zakenman. Er is achttien jaar cel tegen hem geëist.
Zakenman Everink werd begin maart vorig jaar dood gevonden in zijn villa in Bilthoven. De miljonair was door tientallen messteken om het leven gekomen. Zijn jonge dochtertje vond hem ’s ochtends in de keuken.
„Dit is een verschrikkelijke zaak, het is vreselijk voor de nabestaanden. Maar ik heb het echt niet gedaan, ik blijf het herhalen”, aldus De J. in zijn laatste woord in de rechtbank in Utrecht.
Hij herhaalde ook nog eens de onvolkomenheden en fouten die er volgens hem in het onderzoek zitten. De J. heeft altijd met kracht ontkend zijn vriend en gokmaatje te hebben gedood. Hij was die avond bij Everink thuis. Nadat hij was vertrokken, is hij naar eigen zeggen ontvoerd door een groep mannen. Een aantal van hen zou de 42-jarige zakenman vervolgens hebben vermoord. Dat scenario is volgens de tenniscoach niet voldoende onderzocht.
Het OM gelooft niets van het verhaal van De J. Hij had ruim 80.000 euro gokschuld bij Everink, hij was de laatste die de zakenman heeft gezien en hij heeft verscheidene keren gelogen en zijn verklaringen aangepast.
Volgens het OM was De J. al maanden bezig met plannen om de zakenman te doden. Het OM vindt dat hij met voorbedachten rade heeft gehandeld en zich daarom schuldig heeft gemaakt aan moord. De officier van justitie wil dat De J. achttien jaar cel krijgt opgelegd, bleek dinsdag al.
De J. heeft naar eigen zeggen „domme keuzes” gemaakt, onder meer door eerst te verzwijgen dat hij het dure horloge van Everink in zijn auto had liggen, niet eerlijk te zijn over wat er de fatale avond volgens hem was voorgevallen en dat hij eerder ontmoetingen zou hebben gehad met „dubieuze types” die naar Everink vroegen. „Dat deed ik uit angst”, vertelde hij, onder meer uit schaamte voor zijn weer opgelaaide gokverslaving.
De rechter doet op 23 januari uitspraak.