Kamer blijft minister van Onderwijs steunen
De Tweede Kamer heeft vertrouwen in de reorganisatie die minister Van der Hoeven op het departement van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uitvoert. Van de kritiek die de oppositie afgelopen zaterdag uitte, bleef maandag tijdens een kamerdebat niets over.
De minister legde uit dat ze bezig is om de structuur en de cultuur op het ministerie te veranderen en daar is tijd voor nodig: „Het is geen wasmachine waarvan je de knop omzet. Het doel is duidelijk: het ministerie moet transparant, duidelijk en dienstbaar zijn.”
De kritiek die oud-ambtenaren eind vorige week via NRC Handelsblad naar voren brachten en die erop neerkwam dat het de politieke en ambtelijke leiding aan moed en visie ontbreekt, legde de minister naast zich neer: „Dit gaat wel over heel lang geleden. Er is ondertussen veel veranderd.”
Van der Hoeven deelde mee dat ze oud-minister van Justitie De Ruiter als vertrouwenspersoon heeft aangesteld om de klachten van ambtenaren af te handelen. De bewindsvrouw zei dat ze serieus omgaat met alle brieven die ze van ambtenaren krijgt, ook al zijn ze anoniem: „Daarmee hoop ik een bijdrage te leveren aan het goede vertrouwen.”
De minister toonde aan dat zij verhoudingsgewijs niet meer geld uitgeeft aan ingehuurd personeel dan andere departementen. De berichten dat er verhoudingsgewijs veel topambtenaren vertrekken klopt ook niet.
Tijdens de tweede termijn van het debat bleek dat Van der Hoeven vrijwel alle fracties had overtuigd. VVD-kamerlid Balemans zei zaterdag nog dat er sprake was van een chaos op het departement, maandag aan het eind van het debat herhaalde hij dat niet.
PvdA en GroenLinks kondigden zaterdag aan dat ze een parlementair onderzoek wilden naar de gang van zaken op het departement. PvdA-kamerlid Tichelaar dreigde zelfs met een spoeddebat en een motie van wantrouwen tegen de minister. Daar sprak hij maandag na afloop van het debat niet meer over. De CDA-fractie had bij monde van kamerlid De Vries reeds in eerste termijn het vertrouwen uitgesproken in partijgenoot Van der Hoeven.
PvdA-kamerlid Hamer wees de minister nadrukkelijk op haar eigen verantwoordelijkheid in het aftreden van staatssecretaris Nijs, haar rol bij de hbo-fraude en de dure interne verhuizing van de departementstop. Volgens de minister zijn de eerste twee onderwerpen reeds besproken en de derde komt binnenkort aan de orde. Daar wilde de minister maandag niet op vooruitlopen.
Dat de fracties van PvdA en VVD hun kritiek op Van der Hoeven weer snel inslikten heeft alles te maken met het feit dat alle grote problemen waar het departement mee kampt, zoals de hbo-fraude, de verkeerde bestuurscultuur en de zelfverrijkende ambtenaren, hun oorsprong vinden in de perioden dat de ministers Ritzen (PvdA) en Hermans (VVD) de scepter op Onderwijs zwaaiden.