„Kraamhulp is geen schooljuf”
Een kraamhulp is geen schooljuf, vindt J. W. D. Nijkamp, voorzitter van de raad van bestuur van de Reformatorische Stichting Thuiszorg (RST). Hij reageert terughoudend op het voorstel van staatssecretaris Ross om verloskundigen en kraamhulpen in te schakelen bij het opsporen van problemen in de opvoeding van baby’s.
Volgens Ross, die het voorstel gisteren lanceerde op een conferentie in Den Haag, signaleren kraamhulpen en verpleegkundigen het als geen ander wanneer ouders van een baby niet lekker in hun vel zitten. Ze zouden dit vervolgens door moeten geven, bijvoorbeeld aan een GGD of een consultatiebureau.
„In feite is het altijd al zo geweest dat kraamhulpen erop letten of het wel goed gaat in de kraamtijd”, reageert Nijkamp. „De kraamhulp heeft immers de taak om ervoor te zorgen dat de kraamtijd goed verloopt, vooral wat moeder en kind betreft.”
U juicht het voorstel van staatssecretaris Ross dus toe?
„Nee, want de waakhondfunctie van Ross gaat wel iets verder dan ervoor zorgen dat de omstandigheden voor moeder en kind optimaal zijn. Dat voorstel heeft alles te maken met een stuk geheimhouding en privacy. Wij hebben de privacy van onze cliënten hoog in het vaandel staan. Je kunt je afvragen of zo’n kraamverzorgster niet in een spagaat komt doordat ze enerzijds aan geheimhouding moet doen en anderzijds eventuele misstanden moet melden. Ik denk niet dat je een kraamverzorgster daarmee moet belasten.”
Er zijn in Nederland 250.000 jongeren die problemen hebben of veroorzaken, zei premier Balkenende gisteren. Als een vroegtijdige signalering van knelpunten in de kraamtijd kan bijdragen aan de vermindering van die problemen, is dat toch mooi?
„Dat is zeker mooi. Mijn vraag is alleen of je daar de kraamverzorgster voor in moet zetten. Natuurlijk onderken ik de problematiek. We leven in een ruige maatschappij, en dat zie je ook in onze gezinnen terug. Ook onze kraamverzorgsters komen bijvoorbeeld forse problemen op het gebied van gedrag tegen. Het is in principe nooit verkeerd om te kijken hoe het gaat in een gezin, maar ben je dan geen juffrouwtje aan het spelen? Ik wil daar voorzichtig in zijn. Je bent wel te gast in dat gezin.”
Volgens Nijkamp is het gevaar niet denkbeeldig dat gezinnen waarvan de problemen naar buiten zijn gebracht, zich de volgende keer wel drie keer zullen bedenken voordat ze weer een instantie voor kraamhulp inschakelen. „En dan zijn we verder van huis.”
De RST heeft momenteel geen beleid voor het melden van misstanden in de opvoeding van baby’s. Ook in Zeeland, waar problemen nu al gemeld worden, opereert de RST terughoudend. Nijkamp: „Wij doen daar niet aan mee. Een kraamverzorgster mag, als ze zaken constateert die niet kunnen, wel de huisarts motiveren om te gaan kijken. Die heeft ook te maken met zijn beroepsgeheim. Maar verder gaat het niet.”