Gemeentejoint krijgt maximale sterkte
Gemeenten die staatswiet willen gaan telen, willen die cannabis minder sterk maken dan de huidige, sterke nederwiet. Critici vrezen dat gebruikers zich dan alsnog tot het illegale circuit gaan wenden.
Dat bleek maandag uit een rondgang van het AD. Het kabinet komt naar verwachting de komende lente met wetgeving die een experiment met het gedoogd telen van wiet voor recreatief gebruik in zes tot tien gemeenten toestaat. Zeker twintig gemeenten hebben zich aangemeld. Utrecht, Breda, Terneuzen, Hengelo en Wageningen zeggen op voorhand dat de sterkte van wiet moet worden beperkt.
Geen psychose
De gemeenten stellen dat de volksgezondheid voorop staat. Die is onlosmakelijk verbonden met de sterkte, vinden zij. De gemeenten willen niet dat er ook maar één gebruiker een psychose krijgt van de gemeentejoint.
Nederwiet die nu in het illegale circuit wordt geteeld, kenmerkt zich namelijk door een zeer hoog THC-gehalte. Er zijn aanwijzingen dat deze sterke wiet bij gebruikers soms tot psychoses leidt.
Het bepalen van de sterkte van wiet is ingewikkeld. Er zijn twee voorname werkzame stoffen: THC, dat voor de ”high” zorgt, en CBD, dat de gebruiker rustig maakt. De verhouding bepaalt het effect. De softdrugs is door Nederlandse kwekers zo sterk gemaakt dat wiet met meer dan 15 procent THC inmiddels wordt gezien als harddrug. Het is echter overal verkrijgbaar. En gebruikers hebben, zo blijkt uit onderzoek van het kennisinstituut Trimbos, veelal een voorkeur voor de sterkere varianten.
Floor van Bakkum, preventiemedewerker van verslavingscentrum Jellinek, noemt in het AD een sterkte tot 15 procent THC als waarschijnlijk maximum. „Alle hasj zit echter al hoger. Ga je dat dan verbieden? Wat moeten die gebruikers dan? In het illegale circuit blijven?”
Gebrek aan kennis
Dennis Lahey, directeur van de Belangenvereniging van Drugsgebruikers, deelt die kritiek. „Laten we vooropstellen dat ik blij ben dat gemeenten deze stap nemen. Maar ze worden niet gehinderd door enig gebrek aan kennis als ze dit roepen. Het is net alsof ze tegen brouwers zeggen: Die hop mag je niet gebruiken. Laat de kwekers toch zelf uitmaken hoeveel procent THC ze in hun hasj of cannabis hebben.”
Als dat niet gebeurt, dreigt het experiment volgens Lahey te mislukken. De cannabissector is volgens hem te vergelijken met andere branches. „Als je geen rekening houdt met de wensen van de consument, dan is dit project bij voorbaat mislukt. Want dan wordt straks de conclusie getrokken dat het toch niet werkt.” Lahey zou dat jammer vinden.