112 op piekmoment niet goed genoeg bereikbaar
De bereikbaarheid van noodnummer 112 is op piekmomenten nog niet goed genoeg. Dat concluderen drie inspectiediensten naar aanleiding van de grote stroomstoring in Amsterdam op 17 januari van dit jaar.
Zo’n 360.000 mensen in en rond Amsterdam kwamen zonder stroom te zitten. Tussen 4.15 uur en 7.00 uur werd bijna 2000 keer geprobeerd de landelijke meldkamer te bereiken, normaal zijn dat zo’n 70 telefoontjes. Alle mobiele telefoontjes komen daar binnen en worden vervolgens doorgeschakeld. Bij zowel de landelijke als de regionale meldkamer ging nogal wat mis.
De gemiddelde wachttijd bij de landelijke meldkamer liep op tot 1,5 minuut en de maximale wachttijd tot bijna 5 minuten. In 854 gevallen verbrak de beller uiteindelijk de verbinding. De lange wachttijden bleven niet zonder gevolg: een beller die voor een naaste een ambulance probeerde te regelen stond totaal 21 minuten in de wacht en verbrak uiteindelijk de verbinding. De naaste kwam te overlijden.
Bij de landelijke meldkamer hadden sneller extra mensen moeten worden ingezet, aldus het rapport. Ook de meldkamer voor de ambulancedienst (MKA) moet sneller kunnen opschalen. Een bijkomend probleem daar op 17 januari was dat door het gedateerde systeem niet te zien was welke mensen het langst in de wacht stonden. Telefoontjes werden bij de MKA die nacht willekeurig aangenomen. Die techniek „voldoet niet meer aan de eisen van deze tijd”, aldus het rapport.
De meeste mensen konden wel mobiel bellen tijdens de storing, omdat masten in de omgeving het belverkeer van uitgevallen masten konden opvangen. Maar in een minder dicht bevolkt gebied met minder masten is dat in de toekomst mogelijk niet het geval, waarschuwt het rapport.
Voor burgers moet duidelijker worden wat te doen tijdens een stroomstoring of andere calamiteit, luidt een van de adviezen van de inspectiediensten. Bij de meldkamers moet duidelijker worden wie welke rol speelt bij een calamiteit, en wat te doen als 112 slecht bereikbaar is.
Het rapport werd opgesteld door de Inspectie Veiligheid en Justitie, het Agentschap Telecom en de Inspectie voor de Gezondheidszorg.
Netbeheerder Tennet concludeerde vorige week dat de storing te wijten was aan een ontwerpfout in een hoogspanningsstation.