Dat is de uitkomst van een gesprek dat woensdag in Nijmegen is gevoerd over het „rondpompen van criminele asielzoekers.” Bruls stuurde dinsdag een brief op poten naar minister Stef Blok en staatssecretaris Klaas Dijkhoff van Justitie over een groep asielzoekers die in april in Nijmegen is geplaatst door het COA en die sindsdien voor een hausse aan zakkenrollerij en diefstallen zou zorgen. Bruls sloot zich daarmee aan bij andere burgemeesters in het land, die al eerder klaagden over wangedrag van asielzoekers uit veilige landen.

Het COA bevestigde na het gesprek dat „de informatiedeling intensiever wordt”. De instantie maakt wel een duidelijk onderscheid tussen overlast en criminaliteit: als mensen overlast geven, krijgen gemeenten dat te horen. Misdrijven zijn een zaak voor de politie. „We mogen geen criminele antecedenten doorgeven. Dat is onze bevoegdheid niet”, zei een woordvoerder. Anderzijds kan het COA wel een wijkagent aanraden om iemand in het politiesysteem na te trekken, voegde hij eraan toe. De woordvoerder benadrukte dat een relatief kleine groep asielzoekers zich schuldig maakt aan overlast en criminaliteit.

Asielzoekers uit veilige landen moeten meestal terug naar hun thuisland, maar ze mogen in Nederland wachten tot hun procedure is afgerond. Sommige asielzoekers gebruiken die tijd volgens de burgemeesters voor criminaliteit. Het COA verhuist asielzoekers naar een andere gemeente als er klachten zijn, maar volgens Bruls „faciliteert de dienst daarmee het negatieve gedrag en kunnen die lieden hun gang blijven gaan.”

Bruls wil niet langer asielzoekers met een strafblad in zijn stad opvangen. Als het helemaal niet anders kan, wil hij vooraf een gebiedsverbod opleggen aan zulke mensen, zodat ze het terrein van het asielzoekerscentrum niet mogen verlaten, zei hij woensdag. Het COA doet zo vaak mogelijk aangifte tegen asielzoekers die zich misdragen. In sommige gevallen is snelrecht toegepast en kregen daders een inreisverbod voor Nederland voor enkele jaren.