Gesprek over seksualiteit telt bij autisme
Seksualiteit is bedoeld om de liefde tussen gehuwden te onderhouden en te verdiepen. Dit kan in het gedrang komen als een van de partners autisme heeft, zei Ben Zijl woensdagavond in Gouda tijdens een bijeenkomst over autisme en seksualiteit. „Houd het gesprek open en stel zo nodig grenzen.”
Invoelend vermogen is het allerbelangrijkste bij seksualiteit, stelde de psychotherapeut. De avond was georganiseerd door het platform Autisme in de kerk, dat bestaat uit Op weg met de ander, Helpende Handen, Dit Koningskind en het Kennisinstituut christelijke ggz.
Mensen met autisme vinden het moeilijk om te peilen waar de ander behoefte aan heeft. „Geef daarom aan hoe seksualiteit bij jou werkt. Praat over behoeften en gevoelens”, adviseerde Zijl de 120 aanwezigen. „Doe dat eventueel voor of tijdens de gemeenschap, maar niet erna. Na afloop is dit onderwerp voor de partner met autisme moeilijk bespreekbaar. Het kan ook helpen om afspraken te maken over de frequentie, tijd en plaats van de gemeenschap.”
Baas spelen
Zijl haalde regelmatig voorbeelden uit zijn praktijk aan. Hij noemde het huwelijk een scheppingsgave die een afspiegeling van de verhouding tussen Christus en Zijn gemeente hoort te zijn.
De psychotherapeut ontmoet echter nogal eens mannen die menen dat zij als gezinshoofd de baas over hun vrouw kunnen spelen. Alles –ook op het seksuele vlak– moet gaan zoals zij dat willen. „Terwijl de Bijbel doelt op een liefde die zich richt op de ander en zijn of haar gevoelens.”
Seksualiteit is voor vrouwen verbonden met veiligheid en geborgenheid. „Dit kan wringen. Uit onderzoek kwam vorige week nog naar voren dat mannen met autisme evenveel seksuele behoeften hebben als anderen. Bij eerstgenoemden bestaat echter veel minder behoefte aan een relatie.”
Zijl ging ook in op het thema kinderen en jongeren en seksualiteit. Kinderen met autisme zijn vaak later in hun ontwikkeling. „Sluit aan bij de emotionele leeftijd. Praat in duidelijke taal over seksualiteit en vraag of het gezegde begrepen is.”
Bij kinderen met autisme moeten ouders extra alert zijn op het leren hanteren van grenzen van het kind zelf en van anderen. Generaliseren blijkt lastig. Zo had Zijl op een school gesprekken met een jongen die daar seksueel ontoelaatbaar gedrag vertoonde. Dit hielp. Een paar weken later ging het echter mis in de voorziening waar de jongen woonde. Toen hij aan de gesprekken werd herinnerd, reageerde hij: „Dat was op school, maar die meneer heeft hier niets te vertellen.”
Kinderen met autisme spelen vaak met jongere of met oudere kinderen en volwassenen. „Hierdoor is het risico groter dat ze dader of slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag worden.”
Bijbelse normen
De kans op (porno)verslaving is bij mensen met autisme waarschijnlijk groter dan bij anderen. Dit kan zich ook uiten in het zichzelf dwangmatig bevredigen. „Neem in de gesprekken over dergelijke zaken altijd de Bijbelse normen en waarden als vertrekpunt.”
Pubers worstelen vaak met vragen over hun geaardheid. Zijl ziet nogal eens dat ze door zichzelf op het verkeerde been worden gezet. „Dan denken ze dat ze homoseksueel zijn omdat ze het lichaam van het andere geslacht zo vreemd vinden. Of het is veiliger om met iemand van het hetzelfde geslacht op te trekken.”
Bij jongeren met autisme ontstaan vaak problemen als ze verkering krijgen. „Ik adviseer om sterke kanten uit te bouwen en beperkingen te benoemen. Degene zonder autisme moet leren hoe hij of zij daarmee om moet gaan.”
Het is goed om te achterhalen waarom iemand wil trouwen. „Soms blijkt de enige reden dat broers en zussen dit ook doen of omdat je zelf bepaalt wat je eet.”
Na de pauze praatten de aanwezigen in gespreksgroepen over autisme en seksualiteit. Zijl erkende dat het vaak zwaar is als een van de partners autisme heeft. De een voelt zich onbegrepen, terwijl de ander worstelt met eenzaamheid. De inleider wees zijn luisteraars op Gods Vaderlijke zorg. „Hoe uw leven ook is, God is erbij. Laat dat troost en een pleitgrond zijn.”