Cementtegels gaan gaandeweg zachtjes glanzen
Cementtegels zijn ouderwets, vonden de Portugezen uit een klein bergdorp in de Algarve, zo’n 25 jaar geleden. Meer iets voor oma’s. In hun streek lagen overal zulke tegelvloeren met een patroon: in vissershuizen, arbeiderswoningen, winkels. Een paar Nederlanders die daar een bouwbedrijf runden, vonden de tegels prachtig. Een oud-werknemer van een verdwenen tegelfabriek verklapte hun hoe ze te maken waren.
Het ruikt lichtjes naar groene zeep in de showroom van Castelo de Portugal in Loenen aan de Vecht. Tegelvloeren vol patronen liggen stil te glanzen. Die zijn zeker net nieuw? Nou, die liggen hier al zo’n twintig jaar, vertelt Dennis Zwart (47), eigenaar van Castelo.
Hoe ouder, hoe mooier, zegt Zwart. „Een vloer van cementtegels leeft. Na het leggen, krijgt zo’n vloer een speciale behandeling – eerst moet hij rusten, het vocht gaat eruit, en hij wordt behandeld met vlekstop, wat betekent dat er siliconen in de poriën komt. Maar de vloer blijft ademen, en je polijst hem door erop te leven.” Nieuw in de doos zijn de tegels mat.
De vader en schoonvader van Zwart waren degenen die ruim 25 jaar geleden een bouwbedrijf hadden in de Algarve, een provincie in het zuiden van Portugal. In de oude apotheek in ‘hun’ bergdorp „lag het helemaal vol” met cementtegels, en de Nederlanders besloten dat ze die soort wilden gaan gebruiken bij bouw- en verbouwwerkzaamheden. „Mijn schoonvader spoorde een oud mannetje op dat vijftig jaar daarvoor in de tegelfabriek had gewerkt; hij kon vertellen hoe de tegels werden gemaakt.” Ze opereerden destijds onder de naam Solo Design.
Voor het productieproces van de cementtegel –eeuwen geleden meegekomen met de Moren naar Spanje, Portugal en Frankrijk– is een koperen mal nodig. In die mal gaan marmerpoeder, kleurpigmenten, wit cement en zand. De mal vullen is handwerk, net als het mengen van de kleuren. Fabrieksmedewerkers roeren in grote vaten met pigment om de juiste tinten te krijgen en ze gebruiken echte receptenboeken. Intussen maakt Castelo ook wandtegels, dat is wel een beetje een gepruts: de mallen zijn kleiner dan die voor de vloertegels.
Een vierkante meter tegels gieten, is binnen een kwartier gebeurd, vertelt Zwart. In de fabriek, tegenwoordig in Azië, zijn zo’n 200 mensen aan het gieten. Het persen plus schoonmaken en drogen duurt zo’n twee weken. Daarna worden de tegels gepolijst met een waslaagje en water. Na een week worden ze voor de laatste keer gepolijst, en dan verpakt en verstuurd.
Kastelen en rijtjeshuizen
In een kwarteeuw veroverden de tegels vloeren in heel Europa. „Behalve in Nederland –Nederland is een grote afnemer– leveren we in België, Duitsland, Tsjechië, Polen…” somt Zwart op. „En Rusland.” Castelo begon als groothandel en werkt met een dealernetwerk, maar ook particulieren kunnen in de showroom in Loenen hun vloer uitkiezen. In Engeland kreeg de tegel niet echt voet aan de grond. Engeland is meer een tapijtland, stelt Zwart. „Daar ligt zelfs tapijt in de badkamer. En ze hebben hun eigen merk tegels: Manor House.”
Cementtegelvloeren liggen, behalve in de gewone woningen van het Portugese bergdorpje, in kastelen en voorname oude huizen. Sinds Castelo ze in Nederland en andere Europese landen introduceerde, verschenen ze in buitenhuizen, zwembaden, jaren 30-woningen en in keukens en badkamers van rijtjeshuizen. Het is een vloer voor liefhebbers; sommigen sparen er jaren voor, aldus Zwart. Het woontijdschrift VT Wonen nam Castelo de Portugal op als favoriete zaak, en het blad liet eigen patronen ontwerpen.
Het onderhoud is volgens Zwart niet moeilijker dan van andere tegelvloeren. De eerste zes tot acht maanden vraagt het cement om edelzeep, daarna volstaat een sopje van water met groene zeep.
Prijs
Wat prijs betreft vergelijkt Zwart deze tegelvloer met een parketvloer: rond de 90 euro per vierkante meter. Maar omdat er regelmatig patroontjes uit de collectie gaan, kunnen koopjesjagers ook partijen bestellen die in de aanbieding zijn.
Wanneer een product aanslaat, komt er concurrentie; zo ook bij de Portugese tegel. ”’t Is Castelo of namaak”, luidt een motto op de website van de fabrikant. „Massaproductie ziet eruit als massaproductie”, oordeelt Dennis Zwart. „Je ziet het verschil. Bij handwerk is elke tegel uniek, dat ene stipje verf dat naast de mal belandde, zit alleen op die ene tegel. Tegels waar een patroon op wordt gedrukt, zijn goedkoper. Maar een printje loop je na verloop van tijd van de vloer af. Bij de echte Portugese tegels is het patroon door en door; als de tegel slijt, slijt het patroon mee. Daarom gaan ze wel 400 of 500 jaar mee.”
Bedrijfsgegevens
Bedrijf: Castelo de Portugal
Waar: Loenen aan de Vecht
Sinds: 1996
Omzet: 2 miljoen euro