Opluchting bij nabestaanden gedode treinkapers
Nabestaanden van de twee gedode Molukse treinkapers zijn opgelucht dat nader onderzoek wordt gedaan naar de beëindiging van de treinkaping bij De Punt in 1977.
De rechtbank Den Haag bepaalde woensdag dat destijds betrokken mariniers de komende maanden worden gehoord over de toedracht tot de dood van treinkapers Max Papilaja en Hansina Uktolseja. Nabestaanden van de kapers veronderstellen dat het tweetal in de trein van dichtbij is geëxecuteerd door mariniers, terwijl ze al zwaargewond en weerloos waren.
„Het belangrijkste is dat de verjaring is gestuit en daarmee is een belangrijke drempel weggenomen”, reageert Chris Uktolseja, broer van de gedode vrouwelijke treinkaper Hansina Uktolseja.
Nederland was in 1977 bijna drie weken in de ban van de kaping van de intercity Assen - Groningen. Na vruchteloze onderhandelingen kwamen zes van de negen daders en twee treinreizigers om het leven tijdens de bevrijdingsactie.
De Staat der Nederlanden heeft steeds aangedrongen op niet-ontvankelijkheid van de eisers omdat de zaak - veertig jaar na de gebeurtenissen - zou zijn verjaard.
De rechtbank noemt die stellingname in een tussenvonnis „onaanvaardbaar”. De overheid heeft verzuimd cruciale informatie te delen met de nabestaanden. Rapporten van de lijkschouwing en cruciale informatie uit een rapport van een gerechtelijke deskundige zijn voordien nooit aan de nabestaanden ter beschikking gesteld. De regering heeft de Tweede Kamer bovendien onjuist geïnformeerd over de afloop. Daardoor zijn zij jarenlang op het verkeerde been gezet, aldus het tussenoordeel.
De rechtbank zegt thans onvoldoende gegevens te hebben om te bepalen of twee treinkapers opzettelijk zouden zijn gedood door mariniers, zoals de eisers beweren.
Er is evenmin bewijs gevonden voor de beschuldiging van een „heimelijke geweldsinstructie” met de bedoeling gijzelnemers te doden. Verklaringen daarover zijn „van horen zeggen”. Die beweringen zijn afkomstig van mensen die niet meer in leven zijn, anoniem willen blijven of niet meer traceerbaar zijn. „Bovendien is een aantal gijzelnemers niet gedood. maar juist aangehouden”, aldus de rechtbank. De aangedragen verklaringen vormen „een te zwakke basis” voor bewijsvoering, maar een definitief oordeel wordt opgeschort tot na het horen van de mariniers.