Skeletten Vlieland waarschijnlijk van zeelieden uit 18e eeuw
De skeletten die van de zomer op een camping op Vlieland werden gevonden, zijn naar alle waarschijnlijkheid van een groep zeelieden die in de achttiende eeuw om het leven zijn gekomen. Dit heeft onderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) uitgewezen.
Het instituut maakte vandaag bekend dat het in totaal om minimaal zestien personen gaat, waarschijnlijk allemaal mannen die gelijktijdig om het leven zijn gekomen. Dat gebeurde waarschijnlijk in de tweede helft van de achttiende eeuw. De onderzoekers hebben geen sporen van geweld op de lichamelijke resten aangetroffen.
Spelende kinderen vonden de menselijke resten op 13 augustus in de duinen van camping Stortemelk op Vlieland. Aanvankelijk ging men er vanuit dat er 14 skeletten in de duinen begraven lagen.
De vondst van een knoop bij de overblijfselen van lichaam drie dat is gevonden, was belangrijk om de periode te achterhalen waarin de aangetroffen mensen zijn overleden. Er zijn namelijk eerder vergelijkbare exemplaren van messing met een bloemmotief aangetroffen. Het is vastgesteld dat die gedragen werden in de periode 1750-1800.
Onderzoek van de overblijfselen is in samenwerking met dr. G. Maat van de Universiteit Leiden gedaan. Hij is daar verbonden aan het anatomisch laboratorium. Maat concludeert dat twee lichamen behoorden aan personen die aan het eind van hun pubertijd waren, 12 lichamen aan mensen van middelbare leeftijd en twee lichamen aan personen van hogere leeftijd (boven de zestig jaar).
De onderzoekers vermoeden dat de gevonden personen drenkelingen zijn, omdat het zeer waarschijnlijk om mannen gaat die allemaal gelijktijdig zijn overleden. Er zijn ook geen sporen van geweld gevonden. Het onderzoeksteam acht het ook zeer onwaarschijnlijk dat de mensen zijn bezweken aan een ziekte. Maat: „Bij een epidemie hadden we zeer waarschijnlijk ook resten van vrouwen en kinderen gevonden.”
De resten worden nu voor verder antropologisch onderzoek overgedragen aan de Universiteit Leiden. Uiteindelijk zullen de skeletten weer terugkeren naar museum Tromp’s Huys in Vlieland. Bert Huiskes, conservator van het museum, heeft goede hoop dat er door documentenonderzoek later meer duidelijkheid komt over het lot en eventueel de identiteit van de gevonden mensen.