Weer vogelgriep: al 200.000 dieren gedood
Het hing in de lucht, maar zaterdag was het dan zo ver: opnieuw is de pluimveehouderij getroffen door vogelgriep van het zeer besmettelijke type H5N8. Overheid en sector zetten alles op alles om verspreiding te voorkomen.
De uitbraak van hoogpathogene (zeer besmettelijke) vogelgriep eind vorige week in Biddinghuizen heeft tot maandag pakweg 200.000 eenden en kippen het leven gekost. Verreweg de meeste dieren waren niet ziek: ze zijn preventief geruimd, zoals dat heet. Met deze en andere maatregelen probeert staatssecretaris Van Dam (Economische Zaken) te voorkomen dat de gevaarlijke virusziekte overslaat naar gebieden waar veel meer pluimvee leeft dan in de Flevopolder. Barneveld en de Gelderse Vallei bijvoorbeeld zijn gevaarlijk dichtbij.
Vrijdag telde een eendenmester aan de Alikruikweg in Biddinghuizen 500 dode dieren. Onderzoek door Wageningen Bioveterinary Research in Lelystad (voorheen Central Veterinary Institute geheten) wees zaterdag uit dat de dieren met vogelgriep besmet waren. Diezelfde dag begon de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) met de ruiming van de 6000 eenden op het bedrijf. Omdat het vermoeden bestond –en zaterdagavond werd bevestigd– dat het om de zeer besmettelijke variant H5N8 ging, liet Van Dam (Economische Zaken) ook de dieren van een kippenbedrijf dat binnen 1 kilometer afstand ligt preventief ruimen. Dit bedrijf telde 21.000 vleeskuikens.
Het besmette eendenbedrijf heeft nog vier andere vestigingen: drie in Hierden en één in Ermelo. Ook die zijn de afgelopen dagen preventief geruimd. In totaal gaat het, inclusief de vestiging in Biddinghuizen, om 180.000 dieren. Overigens heeft de NVWA inmiddels bevestigd dat op geen van deze vier pluimveebedrijven vogelgriep is geconstateerd.
De vorige uitbraak van hoogpathogene vogelgriep in Nederland was in november 2014. Toen raakten pluimveebedrijven in Hekendorp, Ter Aar, Zoetermeer en Kamperveen besmet. Onderzoek wees uit dat het virus door wilde watervogels vanuit Azië naar Europa was overgebracht. Deze uitbraak kostte 350.000 kippen en eenden het leven. Overheid en bedrijfsleven maakten toen nieuwe afspraken om toekomstige uitbraken te voorkomen.
Conform Europese regelgeving heeft Van Dam zaterdag om het besmette bedrijf in Biddinghuizen een beschermingsgebied van 3 kilometer en een toezichtsgebied van 10 kilometer ingesteld (zie kaartje). In de 3 kilometerzone liggen vier pluimveebedrijven, die inmiddels alle op besmetting zijn onderzocht. Een woordvoerder van de NVWA zei maandagmorgen dat er op geen van deze bedrijven positieve monsters zijn gevonden. In de 10 kilometerzone geldt, eveneens volgens EU-voorschrift, een vervoersverbod voor levende vogels en pluimveeproducten (zoals eieren) en een verbod op de afvoer van mest en gebruikt strooisel.
Van Dam besloot verder de maatregelen om verspreiding van het virus, die al enkele weken van kracht zijn, te verscherpen. De bezoekersregeling voor pluimveebedrijven is in heel Nederland aangescherpt. Ook moeten kippen en eenden die op transport gaan binnen 24 uur voor het vervoer door een dierenarts worden gecontroleerd.
Een zogeheten standstill vindt de bewindsman, anders dan in november 2014, niet nodig. Bij een standstill wordt alle vervoer van en naar veebedrijven voor 72 uur verboden. Zo krijgen overheid en sector de tijd om de situatie te inventariseren en een crisisorganisatie op te tuigen. Dat laatste is de afgelopen weken al gebeurd en de huidige situatie is voldoende in beeld, schreef Van Dam zaterdag aan de Tweede Kamer.
De vogelgriep grijpt in heel Eurpa om zich heen. In Duitsland, Hongarije, Zweden en nu dus ook Nederland zijn commerciële pluimveebedrijven getroffen. Onder wilde vogels circuleert het virus al langer. De afgelopen weken werden er duizenden besmette dode vogels gevonden, in Nederland en andere Europese landen.
Vooral een uitbraak op een kalkoenbedrijf in het Duitse Cloppenburg, niet ver over de grens ten oosten van Drenthe, leidde vorige week tot grote bezorgdheid in de Nederlandse pluimveesector. Het is een gebied van veel pluimveebedrijven, die vaak intensief zaken doen met de Nederlandse pluimveesector.
De maatregelen die staatssecretaris Van Dam na de uitbraak in Biddinghuizen heeft getroffen, raken ook twee slachterijen: vleeskuikenslachterij GPS in Nunspeet en eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo. Zij zaten maandagmorgen nog voorlopig op slot, liet een woordvoerster van Tomassen Duck-To desgevraagd weten. Op dat moment vond er op hoog niveau overleg plaats over eventuele versoepeling van de maatregelen.
Tomassen Duck-To is de enige eendenslachterij in West-Europa. Als het bedrijf langdurig niet mag slachten, heeft dat grote schade voor eendenhouders tot gevolg. Directeur GertJan Tomassen zei tegenover Omroep Gelderland te hopen dat hij dinsdag weer mag produceren.
Voorzitter Eric Hubers van de vakgroep pluimvee van boerenorganisatie LTO Nederland zegt in een reactie het verschrikkelijk te vinden voor de ondernemers die nu zijn getroffen door het virus en waarvan het bedrijf is geruimd. „Het betekent ook dat we ons streng moeten blijven houden aan de preventiemaatregelen en hygiënevoorschriften.”
Burgemeester Baars van Ermelo liet tegenover Omroep Gelderland weten dat hij meeleeft met de getroffen pluimveehouders en hun „heel veel sterkte” wenst. Ook burgemeester Van Schaik van Harderwijk laat via Twitter weten met de bedrijven mee te leven.
De hoogpathogene vogelgriep N5H8 waart in Azië op grote schaal rond. Volgens epidemioloog Armin Elbers van Wageningen Bioveterinary Research zijn er vorig jaar in Taiwan door het hele jaar heen meer dan 300 uitbraken geweest op pluimveebedrijven met ganzen, eenden en kippen. Dat is in Taiwan dit jaar doorgegaan, terwijl er in maart ook in Zuid-Korea pluimvee met H5N8 besmet was. „Omdat die landen het virus niet goed bestrijden, blijft er langdurig virus circuleren, dat ook overgaat op wilde vogels.”
Deze vogels trekken vanuit Azië naar Noord-Siberië. Daar besmetten ze andere wilde vogels in broedgebieden en deze komen op hun beurt naar West-Europa.