„Moslimboek kan gevaarlijk zijn”
Het omstreden boek ”De weg van de moslim” is woensdagavond onderwerp van debat in de Tweede Kamer. In de islamitische pennenvrucht pleit een Algerijnse sjeik voor het slaan van onwillige vrouwen. Ook roept hij op om homo’s van een hoog gebouw te gooien. Heeft het boek gezag onder moslims in ons land? En hoe te denken over ’riskante’ teksten in de Bijbel?
„Een kwalijk boek.” Zo omschrijft medewerker Herman Takken van de organisatie Evangelie en Moslims ”De weg van de moslim”, dat al jarenlang in Nederland verkrijgbaar is. Zelf heeft Takken, 25 jaar werkzaam onder moslims, een deel van het driedelige boekwerk in zijn bibliotheek. De commotie verklaart hij uit het huidige tijdsgewricht. „Sinds Fortuyn is het klimaat enorm veranderd. Vroeger hoorde je nauwelijks iemand over dit boek. Zelf citeerde ik er tijdens voorlichtingswerk soms uit.”
De meeste moslims in ons land hebben geen affiniteit met het omstreden boekwerk, denkt Takken. „”De weg van de moslim” komt voort uit de wahhabitische wetsschool in Saudi-Arabië. Het gaat om een strikte uitleg van islamitische voorschriften. Onder Turken en Marokkanen in ons land wordt de boodschap van dit boek pertinent niet breed gedragen.”
Toch ziet Takken gevaren. „De garantie valt niet te geven dat dit boek in ons land geen kwaad kan doen. Inderdaad, als een paar fundamentalistische moslims gevoelig zijn voor de teksten in dit boek, kan dat funeste gevolgen hebben. Zo’n boek kan antiwesterse gevoelens aanwakkeren. Buitenlandse jongeren die op het criminele pad gaan en zich toch moslim noemen, kunnen als het hun zo uitkomt zo’n boek gebruiken als islamitische dekmantel voor bijvoorbeeld het molesteren van homo’s.”
In de discussie over ”De weg van de moslim” wijzen critici op de Bijbel. In Leviticus 20 staat dat mannen met een homoseksuele levenswandel „zekerlijk gedood worden”, een oordeel dat in hetzelfde hoofdstuk trouwens ook overspelers, incestplegers en oudervloekers wordt aangezegd. Hoe denkt Takken daarover? „Dat is lastige materie. Christenen zijn het erover eens dat je die teksten niet zomaar plompverloren kunt toepassen. Je moet ze zien in de context van die tijd. In het Nieuwe Testament spitst Jezus de oudtestamentische wetsopvatting toe op de liefde. Hij veroordeelt een bepaalde manier van uitleg van bijvoorbeeld „oog om oog, tand om tand.” Hij zegt dat je God lief moet hebben boven alles en de naaste als jezelf. Jezus spitst de wet toe op het doen van barmhartigheid en niet op het brengen van onheil.
Dan is er nog iets anders. Het boek ”De weg van de moslim” is geen brontekst, maar dateert uit de jaren zestig. Het is een interpretatie van het moslimgeloof. De Bijbel daarentegen is eeuwenoud. Die geschriften kun je niet met elkaar vergelijken.”
Ook dr. J. Broekhuis, emeritus hervormd predikant en voormalig hoogleraar godsdienstwetenschappen (islam en Oude Testament), is niet te spreken over het omstreden boek. „Ik geef Balkenende gelijk: Er staan walgelijke dingen in. We moeten wel bedenken dat het boek niet gezaghebbend is voor de islamitische wereld. Het is het verhaal van een sjeik, nog niet eens een imam.”
De wahhabitische wetsschool, waar het boek uit voortkomt, wil „alles bij het oude laten”, legt dr. Broekhuis uit, die van 1992 tot 1996 hoogleraar was in Libanon aan de Near East School of Theology. „Er is onder moslimgeleerden bijvoorbeeld discussie over de roep van de minaret. Mohammed schrijft voor dat je hard moet schreeuwen om mensen naar de moskee te nodigen. Maar je kunt natuurlijk ook een cd’tje afdraaien. Maar daar wil de wahhabitische stroming niets van weten.”
Hoewel het omstreden boek niet bar veel draagvlak heeft, moeten we „niet schouderophalend” aan de pennenvrucht voorbijgaan, waarschuwt dr. Broekhuis. „De islam kent grote gevaren. In Nederland hebben we moslims jarenlang vertroeteld. Dit boek is al veertig jaar op de markt, maar nu pas komt er protest. Iedereen kon zijn gang gaan. Nu gaan onze ogen een beetje open. Eigen schuld, dikke bult. We haalden gastarbeiders naar ons land, maar stonden er niet bij stil dat ze hun godsdienst meenamen. Er zijn moslimjongeren die teruggrijpen naar de sharia, de islamitische wetgeving. Die kunnen heel duidelijk worden aangepord door dit boek. Zij kunnen in terroristische kringen terechtkomen.”
Positief gevolg van de ophef is dat godsdienst weer in de belangstelling staat, zegt de godsdienstwetenschapper. „Als je in Egypte het nieuws om acht uur ’s ochtends aanzet, wordt er eerst een stukje uit de koran voorgelezen. Bij ons in Nederland is religie geëlimineerd. Het is verdrongen naar de binnenkamer. Dat is jammer. Daarom stem ik op de SGP met haar theocratische idealen.”
Dr. Broekhuis is er de man niet naar om uitsluitend kritiek te hebben op de islam. „Ik ben geen voorstander van oecumene tussen christendom en islam, maar wil wel de dialoog aangaan. Ik kan op heel wat punten met moslims mee. Denk aan hun afwijzing van abortus, euthanasie, geslachtsgemeenschap voor het huwelijk. In mijn kerk kunnen vanaf 1 mei homohuwelijken worden gesloten. Dat is in de islamitische wereld ondenkbaar. In het Midden-Oosten komt niet of nauwelijks aids voor. Er gelden strenge regels, al zal er heimelijk heus wel wat gebeuren. Ooit had ik een stel moslimstudenten in Nederland op bezoek. Die dachten met een christelijk land te doen te hebben. Ik dacht: Ik ga met ze naar Katwijk, daar staan veel kerken. Wat een hoogtepunt had moeten worden, werd een dieptepunt. Die studenten konden niet begrijpen dat in een christelijk land de vrouwen er aan het strand zo bijlopen.”