Veendijken nog niet op sterkte
Een aantal veendijken is nog altijd niet hersteld van de langdurige periode van droogte van vorig jaar. Dat blijkt uit tussentijdse resultaten van een onderzoek van de Unie van Waterschappen, die dinsdag naar buiten werden gebracht.
De unie waarschuwt de waterschappen waakzaam te blijven en eventueel preventieve maatregelen te nemen om de dijken te verstevigen.
Afgelopen zomer verdroogden veel dijken, waardoor kades in Wilnis en Rotterdam het begaven. De Unie van Waterschappen voert samen met de Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (Stowa) onderzoek uit naar het effect van de droogte op de stabiliteit van de veendijken.
„Tijdens het onderzoek wordt het verloop van de natuurlijke bevochtiging van een aantal veendijken gemeten”, aldus de unie. „Ongeveer de helft hiervan blijkt op dit moment nog niet zo nat te zijn als ze waren. Dat betekent dat de dijken nog niet volledig op sterkte zijn.”
Omdat Nederland ook dit jaar lijkt af te koersen op een droog voorjaar, denkt de unie dat het nog geruime tijd duurt voordat de kades volledig herstellen. „Een eventuele nattere periode verder in het jaar zal de dijken niet wezenlijk vernatten. Bij de start van het onderzoek was de verwachting dat de veendijken zich na een halfjaar hersteld zouden hebben. Dat blijkt meer tijd te kosten”, stelt de organisatie.
De waterschappen krijgen het advies hun veendijken goed in de gaten te houden. „Op de meest kritische plekken kunnen ze op korte termijn een kleidek of stabilisatiescherm plaatsen”, adviseert de unie. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar manieren om de bevochtiging van de waterkeringen op peil te krijgen. Zo begon eerder dit jaar een veldproef met kunstmatige bevochtiging van veendijken. Hierbij wordt gebruikgemaakt van een zogenoemd surfactant. Dat is een biologisch afbreekbaar middel dat via beregening vocht in bodems vasthoudt of bevordert.
Veenkades komen vooral voor in het Utrechts-Hollandse veenweidegebied, Noord-Holland boven Amsterdam, Friesland en Groningen.