Sloterwijk werd eind augustus vorig jaar dood gevonden met een zak over zijn hoofd in het Amstelmeerkanaal in de buurt van de Afsluitdijk. Hij bleek geslagen en gewurgd. Twee dagen na de vondst hield de politie K. aan. Later volgden de arrestaties van De V. en Houtenaar De K.

Volgens de aanklager is Sloterwijk om het leven gebracht door K. Dat gebeurde op een camping op de Afsluitdijk, waar De V. haar man met een smoes naartoe zou hebben gelokt. De K. zou hebben geassisteerd.

Het Openbaar Ministerie (OM) sprak van „een weloverwogen plan” om Sloterwijk om te brengen. Volgens de aanklager hebben zijn vrouw en haar vroegere echtgenoot K. - die tegen de zin van Sloterwijk nog dagelijks over de vloer kwam - de dagen voor de moord gezocht naar mensen die hem voor geld wilden laten verdwijnen. Toen dat niet lukte, schakelde De V. een andere ex in, De K. Die had, zo wist ze, nog altijd een oogje op haar.

Sloterwijk moest dood „omdat hij in de weg stond”, aldus de officier van justitie. Hij had eind 2014 een tia gehad en zat sindsdien thuis. Hij hoorde stemmen en gedroeg zich anders, agressiever ook. Een ruzie vlak voor zijn dood met zijn vrouw - waarbij de gealarmeerde K. hem neersloeg - was volgens de aanklager de doodsteek voor de onderlinge relatie. „Freddy was een blok aan het been. Hij moest verdwijnen.”

Hij verweet de verdachten dat zij geen berouw tonen. „Zij schuiven de schuld op elkaar af en proberen aan een veroordeling te ontkomen.”

Agnes de V. gaf Sloterwijk op als vermist nadat zijn lichaam was gedumpt in het kanaal. Volgens de officier was de bedoeling dat het „misschien wel altijd” zoek zou blijven. Maar bij het spuien enkele dagen later kwam het tevoorschijn. „Deze verdachten vergaten dat het kanaal wel heel breed, maar niet zo diep is”, zei Visser.

Uitspraak 26 oktober.