Wietkweker bestrijdt boete bij hof Arnhem
Hoeveel geld de staat uiteindelijk zal terugeisen van een 39-jarige voormalige wietkweker blijft nog even ongewis. De man verdiende tussen 1999 en 2001 geld met twee wietplantages in Ede en Nijkerk. Eerder oordeelde de rechtbank dat hij 1,7 miljoen euro moet terugbetalen aan de staat.
De voormalige kweker ging daartegen woensdag in beroep bij het Arnhemse gerechtshof. Getuigen moeten nu helpen aantonen dat de kwekerijen hem nooit een dergelijk hoog bedrag hebben opgeleverd. Zijn raadsvrouw wil onder meer de broer van de veroordeelde horen, die in België woont. Ook een hoofdagent die bij het onderzoek betrokken was en een meteropnemer van energiebedrijf Nuon zouden meer licht kunnen werpen op de omvang van de winst die destijds moet zijn gemaakt.
De man stelt dat het openbaar ministerie bij het berekenen van het bedrag is uitgegaan van een te groot gewicht aan bruikbare wiet per plant. In werkelijkheid hadden de planten volgens de verdediging nog niet zo veel opgebracht als gedacht.
Ook is ten onrechte gesteld dat er voortdurend geoogst en nieuw geplant werd, vindt de man. De meteropnemer van Nuon zou dat moeten bevestigen met pieken en dalen in de hoeveelheid stroom die illegaal werd afgetapt. Verder ontbreken volgens de verdachte in het dossier een fotoboek en een rapport die inzicht kunnen geven in het formaat van de planten (en dus het gewicht aan bruikbare wiet) die in beslag genomen zijn.
De man is er stellig over dat hij in Ede, in zijn kwekerij aan de Frankeneng, twee keer heeft geoogst: één keer 4000 planten en één keer 7800 planten. In Nijkerk ging het om 11.200 planten in een loods aan de Gezellenstraat. Volgens de man waren die planten nog maar wijf weken oud. De kwekerij in Nijkerk werd in december 2000 opgerold. Die in Ede kwam de politie kort daarop op het spoor. In januari 2001 vielen agenten daar binnen.