Op 8 kilometer onder het Friese Oudemirdum en zo’n 15 kilometer afstand van de haven van Lemmer is een damwand rondom het toestel geslagen. Het gaat om een wand van 25 bij 36 meter. Daarna is het water in deze bak weggepompt.

Maandag kan worden begonnen met het uitgraven van de bodem en de daadwerkelijke berging van het toestel, zo bevestigde gemeente De Fryske Marren gisteren.

De gemeente is samen met de Koninklijke Luchtmacht verantwoordelijk voor de berging. De Fryske Marren gaat ervan uit dat de bergingsoperatie maximaal vier weken duurt. De bergers werken vanaf een ponton. Het is de eerste keer dat op deze manier een toestel wordt geborgen.

De neergestorte bommenwerper is een Vickers Wellington die vermoedelijk in de nacht van 8 op 9 mei 1941 door de Duitsers werd neergehaald. De stoffelijke resten van de bemanning en de bommenlading bevinden zich nog in het wrak.

Het toestel werd in 2014 gevonden bij onderzoek voorafgaand aan het winnen van zand. „We gaan over tot berging omdat net op die plaats de zandwinning plaats moet vinden”, aldus burgemeester Veenstra van De Fryske Marren. „Daarnaast weten we nu zeker dat er twee bommen liggen en moeten we vanuit het oogpunt van veiligheid ook tot berging overgaan.”

De berging kost ongeveer een miljoen euro.