Sinds 2010 zijn de uitgaven van de gemeenschappelijke regelingen met bijna 1 miljard euro toegenomen tot 9,7 miljard euro vorig jaar, en het aantal samenwerkingsverbanden van 290 naar 320.

Dit meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag. Door de toegenomen samenwerking willen de gemeenten vooral bezuinigen, efficiënter werken en kennis delen.

De belangrijkste samenwerkingen zijn sociale werkplaatsen (WSW), stadsregio’s, veiligheidsregio’s, de gemeentelijke gezondheidsdiensten (GGD) en intergemeentelijke sociale diensten (verantwoordelijk voor onder andere de bijstandsverlening).

Ook op het gebied van de afvalverwerking, thuiszorg en veiligheid werken gemeenten samen. In 2013 droegen gemeenten het ambulancevervoer en de brandweer over aan de 25 veiligheidsregio’s.

Een andere vorm van samenwerking is het oprichten van één ambtelijke organisatie. Daarbij willen vooral kleinere gemeenten efficiënter werken. In 2015 waren er 18 ambtelijke samenwerkingen waarin 54 gemeenten samenwerkten.

Als gevolg van de decentralisaties in het sociaal domein zijn in 2015 taken van het Rijk naar de gemeenten overgedragen. Gemeenten en de samenwerkingsverbanden zijn hiermee verantwoordelijk geworden voor thuiszorg, jeugdzorg en participatie. Door deze taakuitbreiding zijn zowel de inkomsten als uitgaven van gemeenten de samenwerkingsverbanden toegenomen.

Als goed voorbeeld van samenwerking noemt CBS-woordvoerder Floris Jansen de gezamenlijke sociale dienst van alle Drechtsteden.