HANNOVER. De elektriciteitsvoorziening van morgen ziet er behoorlijk anders uit dan die van vandaag. Steeds meer huishoudens wekken hun energie op met eigen zonnepanelen of windmolens. Die trend dwingt netbeheerders om het elektriciteitsnetwerk anders te gaan beheren.
De oplossing wordt vaak gezocht in slimme, computergestuurde elektriciteitsnetwerken, zoals smartgrids. Om die goed te laten werken, zou elk individuele huishouden een slimme meter moeten krijgen. Deze meters geven netbeheerders zoals Enexis en Liander een gedetailleerd inzicht in de opwekking, het verbruik en de opslag van elektriciteit op het niveau van het huishouden.
Virtueel
Volgens Albana Ilo van de technische universiteit van Wenen zijn alle pogingen om de smartgrids zo vorm te geven helemaal niet nodig. Geen van de huidige oplossingen voldoet op de lange termijn, stelde ze op de industriële beurs Hannover Messe, die vrijdag eindigde.
„We praten al jaren over microgrids en virtuele elektriciteitscentrales (een aantal kleine energie-opwekkers bij elkaar, BvdD), maar die kunnen niet zo eenvoudig aangestuurd en gecontroleerd worden als een grote centrale.” De opwekking en het verbruik van elektriciteit fluctueren simpelweg teveel.
De moeilijkheid zit hem erin dat netbeheerders grote hoeveelheden data moeten verzamelen bij de consument om het elektriciteitsnet stabiel te houden en om de prijs van een kilowattuur af te stemmen op het actuele aanbod van de elektriciteit. Netbeheerders wilden daarvoor exact weten hoeveel elektriciteit individuele huishoudens opwekken en verbruiken. Onder meer de op afstand afleesbare slimme meter was daarvoor bedoeld.
Moeilijkheden
„Vooral op het gebied van de privacygevoeligheid en databescherming geeft dat moeilijkheden”, stelt Ilo. Onbevoegden kunnen de slimme meter ook op afstand uitlezen, zo bleek de afgelopen jaren; dat was uiteraard niet de bedoeling. Ook zit niemand erop te wachten dat netbeheerders op grote schaal data gaan verzamelen.
Hoe gaat de elektriciteitsvoorziening van morgen er dan uitzien? Volgens Ilo hebben nutsbedrijven de gegevens van individuele huishoudens niet eens nodig. Het elektriciteitsnet kan eenvoudig worden opgedeeld in kleinere eenheden. Deze deelnetwerken wisselen vervolgens onderling elektriciteitsoverschotten uit. Het enige dat nutsbedrijven dan nog moeten controleren zijn de vraag en het aanbod van elektriciteit tussen de verschillende deelnetwerken onderling.
Cyberaanval
Volgens Ilo biedt deze aanpak –door haar LINK genoemd– grote voordelen. „Consumenten hoeven niet meer bang te zijn voor schending van hun privacy. Ook is zo’n systeem nog eens een stuk ongevoeliger voor cyberaanvallen.
Een pilotproject met LINK loopt momenteel in Salzburg in Oostenrijk. En het werkt. Ilo: „Het is geen project dat je van vandaag op morgen realiseert, maar de omschakeling naar smartgrids kan zo wel rekenen op een veel breder draagvlak.”