Binnenland

Roofvogel profiteert optimaal van muizen

LEEUWARDEN. Het kan bijna niemand ontgaan: de grote aantallen roofvogels. Vooral de buizerd doet het goed, met dank aan de explosieve groei van het aantal muizen in 2014 en 2015.

Bauke Boersma
3 March 2016 15:44Gewijzigd op 16 November 2020 01:54
Buizerd. beeld Wikimedia
Buizerd. beeld Wikimedia

Voor de meest algemene muizenetende roofvogelsoorten waren de afgelopen twee jaren een feest. Door de piek in het aantal muizen –voor de boeren een ware plaag– hadden de buizerd en de torenvalk volop voedsel. Het aantal legsels bleef ongeveer hetzelfde, maar de overlevingskansen van de jongen stegen dankzij het ruime voedselaanbod aanzienlijk.

Dat resultaat is nu zichtbaar, bijvoorbeeld in Friesland langs de autoweg tussen Leeuwarden en Bolsward. Maar ook elders in het open veld is met name de buizerd veelvuldig te zien. Op veel hekken en paaltjes zit een exemplaar, speurend naar een prooi.

Dat de buizerd vooral in het zuidwesten en noorden van de provincie Friesland wordt waargenomen is geen toeval: daar nam de muizenstand in 2014 en 2015 sterk toe. In bosrijke gebieden in het oosten van Friesland was dat veel minder het geval.

In en om de Nederlandse bossen worden nu inderdaad veel minder roofvogels gezien, bevestigt vogeldeskundige Willem Bil. Hij weet dat veel buizerds die nu worden waargenomen, zijn geboren in 2014 of 2015. „In kalenderjaren zijn het tweede- en derdejaars vogels. Zij hebben optimaal baat gehad bij de muizengroei in hun geboortejaar.”

Volgens Bil is er wel een kentering zichtbaar. Zo krijgt hij de laatste tijd heel wat meldingen over buizerds die door verhongering zijn doodgegaan. „Dat duidt erop dat er minder voedsel beschikbaar is. Vogels vermageren en gaan spontaan dood. Dan weet je dat er een kritieke fase is aangebroken.”

Vooral jonge roofvogels bezwijken als gevolg van voedselgebrek, denkt Bil. Die mening wordt gedeeld door Nico Beemster, werkzaam bij ecologisch onderzoeksbureau Altenburg en Wymenga in Veenwouden. Ook hij constateert: „De overlevingskansen worden kleiner, de sterfte neemt toe.”

Beemster verwacht in 2016 geen hoog broedsucces bij roofvogels, zoals dat wel het geval was in 2014 en 2015 . „Er zijn veel minder muizen dan in die jaren. Dat gaan we merken.”

Het feit dat de buizerd op zoek moet naar alternatief voedsel, kan gevolgen hebben voor de weidevogelstand, zeggen Bil en Beemster. Bil: „Mogelijk storten kwetsbaar geworden roofvogels zich op andere prooien, zoals kuikens van weidevogels. Maar dat is eigenlijk heel normaal. Dat moeten de weidevogels kunnen hebben.”

Volgens de vogelkenner is er geen strikt verband tussen de afgenomen weidevogelstand en het groeiend aantal roofvogels. De weidevogel lijdt meer onder andere zaken, meent Bil. Hij noemt het verdwijnen van kruidenrijk grasland, het ontbreken van plas-drasgebieden en het handhaven van een laag waterpeil. „Het teruglopen van de weidevogelstand moet je breder zien. Dat de roofvogel het nu een paar jaar goed doet, geeft de weidevogel echt niet de genadeklap, zoals soms wordt beweerd.” Beemster voegt hier aan toe dat de vogels meer last hebben van andere roofdieren, zoals de vos en marterachtigen.

Cycli

Volgens de Bond van Friese Vogelwachten (BFVW) werden vorig jaar inderdaad veel weidevogelnesten door vossen leeggeroofd. Zo gingen alle nesten in het buurtschap Schrins, in de Friese gemeente Littenseradeel, op die manier verloren. Dat de roofdieren jonge vogels eten, is voor de BFVW reden om te pleiten voor afschieten of verjagen. Bil kan zich niet in dat voorstel vinden; hij pleit voor behoedzaamheid. „De natuur kent nu eenmaal cycli. Je hoort mensen weleens zeggen dat er te veel van dit of te veel van dat is. Maar zo zit de natuur niet in elkaar. Neem de roofvogel. Die is nu weer op z’n retour. Zo gaat dat.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer