Kerk van het Vliegend Spaghettimonster krijgt erkenning
De Kerk van het Vliegend Spaghettimonster is sinds dinsdag officieel erkend als kerkgenootschap door de Kamer van Koophandel.
Dat meldt de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster (KvhVSM) op haar site en bewijst dat met een uittreksel uit het KvK-register.
De KvK weigerde de aanvraag aanvankelijk. Daar tekende de KvhVSM bezwaar tegen aan. Nu krijgt de KvhVSM alsnog de erkenning. De uitspraak zegt niets over de ANBI-status van de organisatie. Dat is een andere procedure.
Het aantal leden –”pastafari”– in Nederland zou rond de 3500 liggen. De kerk –veelal leden die zich afzetten tegen de traditionele kerken en instituties– zegt zelf de snelst groeiende religie van Nederland te zijn.
De ‘kerk’ werd in 2005 opgericht in Kansas, in de Verenigde Staten. De religie werd vooral in het leven geroepen om de „onzinnigheid van creationistisch geïnspireerd onderwijs aan te tonen.” Ze wordt als een parodie op het geloof in de God van de Bijbel gezien.
In 2010 verscheen een eigen ‘bijbel’: ”The Loose Canon, the Holy Book of the Church of the Flying Spaghetti Monster”. Loose cannon staat voor ”ongeleid projectiel”.
Een KvhVSM-lid probeerde recent een paspoortfoto van zichzelf in te leveren met een vergiet op zijn hoofd, omdat dat het officiële hoofddeksel van pastafari zou zijn.
De Nederlandse kerk is gevestigd in Emmen en belegt bijeenkomsten in het land. De KvhVSM heeft veel jonge leden die actief zijn op internet, als bloggers en op spotwebsites.
Interview met prof. mr. dr. F. T. Oldenhuis: „Rechter kan beter toetsen dan Kamer van Koophandel”:
De Kamer van Koophandel (KvK) had de rug moeten rechten toen de aanvraag van de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster (KvhVSM) binnenkwam. „De KvK is bang geweest zich aan koud water te branden.”
Prof. mr. dr. F. T. Oldenhuis reageert voorzichtig, maar ook scherp op het bericht dat de KvhVSM erkend is als ”kerkgenootschap”. Voorzichtig, omdat de bijzonder hoogleraar religie en recht aan de Rijksuniversiteit Groningen het onderliggende dossier nog niet heeft gezien.
Scherp, omdat de KvK de kwestie beter door de rechter had kunnen laten toetsen. Een afwijzing was immers zeer goed verdedigbaar en dan was de rechter aan zet. De Kamers van Koophandel mogen op het punt van erkenning van kerkgenootschappen „best kritisch” zijn, vindt Oldenhuis. „Als de organisatie die de aanvraag indient niet substantieel op godsdienst is gericht, zou men de rechtsvorm kerkgenootschap moeten afwijzen.”
De Hoge Raad heeft de satanskerk destijds ook niet erkend, benadrukt prof. Oldenhuis. „De zaak van de satanskerk bespreek ik altijd tijdens de colleges recht, religie en samenleving met mijn studenten. In een pand in het Amsterdamse wallengebied vond prostitutie plaats, maar de organisatie zei dat het om een kerkgenootschap ging. Dat riep men na een politie-inval. Rechtbank, hof en Hoge Raad hebben gezegd: de corebusiness is niet religie; alles is gericht op prostitutie. Je moet dus als overheid niet te bang zijn om onderscheid te maken.
Ook een rokerskerk –een groepje mannen die in hun café wilden blijven roken– „ging in rook op”, onderstreept de Groningse specialist. „De aanleiding om kerk te willen zijn, heeft dan meer te maken met het feit een punt te willen maken, dan met religie. Daar moet een Kamer van Koophandel zich niet voor laten lenen. De KvK moet de rug dan rechten.”
Alternatieven zijn er genoeg, volgens Oldenhuis. „Er is in het Burgerlijk Wetboek een ruim aanbod aan rechtsvormen, maar dan is bij dit gezelschap (van de KvhVSM, red.) de lol eraf, vrees ik. En, wat in Amerika toelaatbaar is, hoeft bij ons nog niet op grond daarvan tot norm te worden verheven. Wij vullen het vrijheidsbegrip –gelukkig– anders in. Er is altijd een rechter in ons land die het oordeel van de KvK kan toetsen.”
Wíé er bij de KvhVSM betrokken zijn –een bekende tv-presenator of niet– is ook van „nul en generlei” waarde, zegt de hoogleraar.
Moeten bestaande kerken zich na deze erkenning zorgen maken?
„Zij moeten vooral heel zuinig zijn op de grote vrijheid die de wet ze als ”kerkgenootschap” geeft. Ze moeten die vrijheid dus niet misbruiken. De kerken moeten eraan werken dat zij respect van de wetgever houden. Omekeerd verplicht dat de overheid (lees KvK) om de status ”kerkgenootschap” niet te laten uithollen. Kerken zijn waardevol voor de samenleving; moge dat voor de overheid een signaal zijn!”