Binnenland

Cel geëist voor zware mishandeling van peuter

Tegen de moeder van een vierjarig jongetje en de man met wie zij samenwoonde heeft justitie in Zutphen dinsdag celstraffen van vier en zes jaar geëist. Het kind werd zwaar mishandeld.

Van onze correspondent
24 March 2004 08:27Gewijzigd op 14 November 2020 01:04

De mishandeling, in augustus vorig jaar in Apeldoorn, kostte de destijds driejarige peuter bijna het leven. Het kind liep een hersenkneuzing en een hersenbloeding op, raakte gedeeltelijk verlamd en kan met één oog slecht zien. Verder zijn het rechterarmpje en -beentje beschadigd. Het jongetje heeft de ontwikkeling van een kind van twee.

De mannelijke verdachte, de 42-jarige R. R. C. S., wordt verantwoordelijk geacht voor de eigenlijke mishandeling. Tegen hem werd zes jaar cel en TBS met dwangverpleging geëist. De 24-jarige moeder, M. C. Z., wordt medeplichtigheid verweten. Officier van justitie mr. H. A. A. Vrijhoeven eiste tegen haar vier jaar cel. Beide verdachten worden verminderd toerekeningsvatbaar geacht.

De peuter werd in de paar maanden dat hij met zijn moeder bij S. inwoonde vaker mishandeld, maar het incident dat hem bijna het leven kostte vond op 5 augustus plaats. Het kind mocht niets wat van de man was, aanraken. Op de bewuste dag had de jongen in zijn slaapkamer naar buiten gekeken en een paar lamellen van de luxaflex verbogen. De woede van S. was groot; volgens de moeder heeft hij het kind een paar opgevouwen lamellen in zijn mond geduwd. Daarna nam S. hem op schoot. Met de woorden: „Nu wegwezen jij” gooide hij het kind -aldus de moeder- keihard, „alsof hij een bal was”, tegen de muur.

Het kind zou al twee dagen bijna levenloos zijn geweest voordat het stel ermee naar het ziekenhuis ging. Daar bleek het in een subcomateuze toestand te verkeren die werd veroorzaakt door de hersenbeschadigingen. De moeder zei dat ze had gemeend dat haar zoontje een hersenschudding had en dat hij moest rusten. Een dokter raadplegen had zij niet nodig gevonden. In het ziekenhuis werd direct melding van kindermishandeling gedaan.

De moeder heeft verklaard dat zij niet tegen de wreedheden van S. durft op te treden uit angst voor hem. Die angst benadrukte zij gisteren tijdens de strafzitting voortdurend, maar ze kon die angst niet definiëren. Onderzoekers zeggen daarover dat het om een paranoïde gekleurde angst gaat. „Zij beleeft S. als almachtig.”

Door een persoonlijkheidsstoornis met minderwaardigheidsgevoelens en een totaal gebrek aan eigen identiteit is Z. een gemakkelijke prooi voor partners die willen domineren, zeggen de rapporteurs van het Pieter Baan Centrum (PBC). S. blijkt in zijn jeugd zelf te lijden hebben gehad van een dominante vader tegen wie hij niet op kon. Volgens de onderzoekers zag hij de kleine jongen dingen doen die hij als kind zelf nooit had gedurfd. „Dat kon u niet verkroppen. Als een soort vulkaan bent u hierdoor tot uitbarsting gekomen”, citeerde rechtbankvoorzitter mr. Van Hoorn het PBC-rapport.

De uitspraak is op 6 april.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer