De mannen worden verdacht van betrokkenheid bij een dodelijk spoorongeval nabij Veenendaal-De Klomp op 31 oktober 2002.

Hun wordt „opzettelijk gevaar veroorzaken voor spoorwegverkeer” ten laste gelegd, zo bleek maandag tijdens de pro-formazitting voor de rechtbank in Arnhem. De onderhoudsmedewerkers waren die bewuste dag bezig met onderhoud op de plek waar een internationale trein eerst tegen een auto botste en daarna op de oplegger van een vrachtauto. Door het ongeval kwam een 39-jarige automobilist om het leven.

De getuigen worden gehoord op verzoek van advocaat J. van den Bosch. Volgens haar waren de onderhoudsmedewerkers niet op de hoogte van de juiste regels. De beide deskundigen zouden de rechters meer inzicht kunnen geven over het veiligheidsbeleid op het spoor. Zij zouden antwoord kunnen geven op de vraag of het veiligheidsbeleid van Pro Rail en Strukton Railinfra wel voldoende is en of die regels wel op de juiste manier worden overgedragen aan het personeel.

Sinds de privatisering van het spoor dringt volgens de advocaat des te meer de vraag wie er nu verantwoordelijk is voor de veiligheid op het spoor. Zij wees de rechters erop dat de Raad voor Transportveiligheid regelmatig kritiek heeft geuit op Pro Rail.

De rechtbank heeft de strafzaak aangehouden tot 5 april. Dan zal een van de twee getuigen-deskundigen worden gehoord. Het advies van de andere getuige-deskundige wordt schriftelijk ingewonnen.