Rusland ontkent oorlogsmisdaden in Syrië
LONDEN/MOSKOU (ANP/RTR). Rusland ontkent dat het zich in Syrië met bombardementen schuldig maakt aan oorlogsmisdaden. Moskou reageert op beschuldigingen van Amnesty International dat zegt bewijzen te hebben dat de Russen ongeleide bommen in dichtbevolkte gebieden gebruiken en daar ook clusterbommen inzetten. Daardoor vallen onnodig veel burgerslachtoffers.
In een rapport richt de mensenrechtenorganisatie zich op zes aanvallen op de steden Homs, Idlib en Aleppo tussen september en november. Daarbij kwamen zeker tweehonderd burgers en ongeveer zestien strijders om het leven. Ook zouden een moskee en een veldhospitaal zijn geraakt.
Clusterbommen strooien kleine bommetjes uit. Het gebruik is omstreden en door veel landen verboden omdat ze veel burgerslachtoffers maken. „Rusland moet stoppen met deze en andere onwettige aanvallen”, aldus directeur Philip Luther van Amnesty.
De organisatie sprak met ooggetuigen en overlevenden van aanvallen. Ook werden video-opnames en ander beeldenmateriaal onderzocht met hulp van wapenexperts.
Het Russische ministerie van Defensie wees de aantijgingen woensdag van de hand. Het bericht van Amnesty bestaat volgens het departement uit vervalsingen. Vanwege het gebruik van woorden als „vermoedelijk” en „mogelijk” in het rapport is de tekst volgens het Kremlin bovendien vaag en zijn er geen concrete bewijzen.