Profetie van Jesaja past niet bij Mohammed
Op islamitische internetsites stellen moslims de kerstboodschap van Jesaja 9 onder kritiek. Volgens hen kan het kind dat een Vredevorst wordt genoemd, niet worden gezien als aankondiging van Jezus. Jesaja 9 zou gaan over een gebeurtenis in het verleden en dus geen profetie over de toekomst kunnen zijn. In plaats daarvan lezen ze in Jesaja aankondigingen over Mohammed, die vanuit de woestijn met geweld zijn vijanden zal verslaan. Hebben moslims hier een punt?
JA
In bijna alle Bijbelvertalingen wordt eenzelfde werkwoordsvorm in het Hebreeuws de ene keer vertaald als verleden tijd, een andere keer als tegenwoordige tijd en een volgende keer als toekomende tijd. Dat lijkt op willekeur, inlegkunde van de vertaler.
Een Bijbellezer die alleen Jesaja 8:23-9:6 voor zich heeft, ziet meteen ook verschillen met het optreden van Jezus waarover het Nieuwe Testament schrijft. Al tijdens Jezus’ optreden waren er die teleurgesteld afhaakten omdat Jezus niet voldeed aan de verwachting die ze op basis van de profetieën van het Oude Testament over de Messias hadden. Voor veel christenen is het zo vanzelfsprekend dat de profeet Jesaja het voortdurend over Jezus heeft, dat ze de verzen over het hoofd zien die gaan over het geweld waarmee de Messias degenen die tegen God en Zijn volk opstaan, zal verslaan. Moslims vinden dat beeld veel beter passen bij het optreden van Mohammed. Als christenen afgeven op het geweld dat Mohammed gebruikte, wijzen ze daar steevast op.
En inderdaad, het boek Jesaja spreekt regelmatig hoopvol over de zonen van Ismaël en de woestijn van Arabië waar zij leven. Dat zou in de kerken wel meer aandacht mogen krijgen.
NEE
Het Hebreeuws heeft heel andere werkwoordstijden dan het Nederlands, Engels en Duits. Je kunt die niet een-op-een vertalen naar onze verleden, tegenwoordige of toekomende tijd. Het Hebreeuwse perfectum dat in Jesaja 9:5 gebruikt wordt, is een werkwoordsvorm die de profeten heel vaak gebruiken om de zekerheid aan te geven waarmee God belooft iets te doen. Je moet bij vertalen naar het hele Bijbelgedeelte of het hele Bijbelboek kijken om te weten hoe een bepaald woord het beste in onze talen kan worden overgezet. Vertalen is daarom altijd ook interpretatie.
De Bijbel gaat ons daar zelf in voor. In het Nieuwe Testament, dat in het Grieks is geschreven, wordt het Oude Testament vaak ter sprake gebracht op een manier waarin meteen een bepaalde uitleg aan die passage wordt gegeven. Dat is geen willekeur, maar een zorgvuldig nagaan van de bedoeling van de tekst. In de islam wordt dat probleem vaak opgelost door te zeggen dat alleen een Arabische Koran een echte Koran is. Die ene Koran wordt dan afgezet tegenover de vele Bijbelvertalingen die niet met elkaar overeenstemmen. Dat is geen eerlijke vergelijking. Zodra moslims in hun eigen taal moeten uitleggen wat het klassieke Arabisch van de Koran betekent, zien we meteen allerlei verschillen, terwijl het boek de helft minder oud is dan het boek Jesaja.
De moeite van moslims heeft ook te maken met een dieper probleem. Ze verwachten vaak dat God Zichzelf onmiskenbaar aan ons bekend moet maken met duidelijke en directe consequenties voor wie zich niet aan Hem onderwerpt. Als Jezus van God zou zijn gekomen, hadden ze een aankondiging en verschijning verwacht die niemand kon weerspreken.
In de Bijbel leren we God heel anders kennen. Daar lezen we dat God Zich verbergt, opdat we Hem zouden zoeken. Dat Jezus niet dwingt, maar geloof bij ons zoekt. Daar lezen we over Gods geduld en barmhartigheid, dat Hij het oordeel uitstelt en zelfs ons lijden en de vloek over onze zonde op Zich neemt om vrede met ons te maken.
Wie voor dat geduld geen oog heeft, zaagt de tak af waar hij zelf op zit. Jezus zal eenmaal een einde maken aan alle tegenstand, maar eerst komt Hij als de Dienaar Die Zijn zondige volk draagt. Daarover spreekt Jesaja en dat past niet bij het leven van Mohammed. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Jesaja’s naam en boodschap nergens in de Koran voorkomen.
DUS
De profetie van Jesaja 9 over de Vredevorst is in deze adventstijd een passend gedeelte voor een preek over de komst van Jezus. We mogen vluchtelingen uit Syrië bemoedigen met de profetie dat God eenmaal een eind zal maken aan alle tirannie. Bevrijding van de zweep van de onderdrukker en de laars die volken vertrapt. Nog dieper mogen ze rust ervaren als ze ontdekken dat deze Vredevorst ook hun eigen falen en tekorten gedragen heeft. We zien de profetieën van Jesaja vervuld: veel zonen van Ismaël verblijden zich over Hem. Zijn bloed doorbreekt de cirkel van de wraak en maakt ons één nieuw volk.
Ds. C. W. Rentier, predikant-directeur van stichting Evangelie & Moslims.