Dat meldt het Lareb naar aanleiding van een rapport dat het bijwerkingencentrum dinsdag hierover heeft uitgebracht.

Meisjes vanaf 13 jaar kunnen worden ingeënt met het vaccin Cervarix. De zogeheten maagdenprik is sinds 2009 een onderdeel van het Rijksvaccinatieprogramma. Het vaccin moet bescherming bieden tegen het seksueel overdraagbare humaan papillomavirus (HPV). Vrouwen die dit virus bij zich dragen, hebben op termijn een verhoogd risico op baarmoederhalskanker.

Het Lareb heeft de afgelopen maanden onderzoek uitgevoerd naar aanleiding van 231 meldingen van bijwerkingen na de vaccinatie. Langdurige vermoeidheid werd het meest genoemd (168 keer). De klachten hebben aanzienlijke gevolgen voor het dagelijks leven van de meisjes. De meeste meisjes waren ook niet hersteld op het moment dat hun klachten bij het Lareb werden gemeld. „Ons onderzoek geeft een zeer duidelijk en indringend beeld van medisch onverklaarbare langdurige klachten en de impact ervan”, aldus Lareb-directeur Agnes Kant.

Toch kon de organisatie niet de vinger achter de gemelde klachten krijgen. Er werden verschillende patronen van combinaties van langdurige klachten gevonden, maar geen enkel patroon was consistent. Zo verschilde de tijdsduur tussen de prik en het optreden van de klachten. „Er zit een enorme spreiding in van enkele dagen tot enkele jaren na de vaccinatie. Met name dat laatste maakt het moeilijk om iets te zeggen over een oorzakelijk verband.”

Toch sluiten de onderzoekers niet uit dat de klachten het gevolg zijn van de inenting.

Het Lareb beveelt dan ook nader vervolgonderzoek aan. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) is daar inmiddels mee begonnen. Het RIVM bekijkt of langdurige vermoeidheidsklachten vaker voorkomen bij gevaccineerde meisjes dan bij meisjes die niet zijn ingeënt.

Zie ook:

„Christelijke levensstijl biedt beste preventie”

Stop met vaccineren tegen baarmoederhalskanker