Binnenland

„Nederland moet niet achteroverleunen”

PARIJS (ANP). Nederland ontwikkelde zich decennia geleden als voorloper op milieugebied, maar het moet niet de fout maken nu achterover te leunen. Daarvoor waarschuwt de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in een woensdag gepubliceerd rapport over het Nederlandse milieubeleid. Het verslag komt enkele dagen voor de klimaattop in Parijs.

25 November 2015 15:12Gewijzigd op 15 November 2020 23:36

Ons land heeft volgens de organisatie nog altijd te maken met een aantal hardnekkige milieuproblemen die moeten worden aangepakt, zoals de vervuiling door intensieve landbouw van grond, water en lucht. Zo is het gebruik van kunstmest in de agrarische sector hoger dan gemiddeld in OESO-landen. De organisatie stelt ook vast dat Nederland in de top 5 staat van OESO-landen die relatief de meeste fossiele brandstoffen gebruiken.

Zorgen zijn er bij de organisatie ook over het halen van de doelstellingen op het terrein van de verduurzaming van het energiegebruik en de vervuiling door het verkeer in met name de Randstad. Wat het laatste betreft, zegt de OESO dat het aanleggen van nieuwe wegen onvoldoende soelaas biedt. De organisatie vindt dat de regering moet overwegen het rekeningrijden alsnog in te voeren.

In een reactie erkent staatssecretaris Sharon Dijksma (Milieu) dat er nog werk aan de winkel is op milieugebied in Nederland. De kwaliteit van water, bodem en lucht kunnen beter. Maar er wordt al veel goed gedaan.

„We kunnen met dit OESO-rapport een mooi compliment in onze zak steken, zo vlak voor de klimaattop in Parijs begint. OESO houdt ons een spiegel voor, die ons niet alleen laat zien wat we nu al goed doen, maar ook wat beter kan en moet. Bijvoorbeeld als het gaat om de kwaliteit van ons water, onze bodem en onze lucht. Daar is werk aan de winkel”, aldus Dijksma.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer