Raadslid Peter Frans Koops van de Spakenburgse Vrijheidspartij (SVP) en Dirk Koelewijn, voorzitter van de Christelijke Arbeiders Partij (CAP) liggen al enkele weken met elkaar in de clinch over het vluchtelingenvraagstuk. Recent bood Bunschoten tijdelijke noodopvang aan tientallen vluchtelingen. De SVP was daar kritisch over, de CAP kon er prima mee leven.

Heet hangijzer is een recente tweet van Koelewijn aan het adres van Koops, wiens partij 1 van de 19 zetels in de Bunschoter raad heeft. CAP-voorzitter Koelewijn, in het dagelijks leven werkzaam bij de politie in Utrecht, geeft Koops via Twitter te verstaan: „Neem nog een snorretje, je begint al aardig op hem te lijken.”

Koops stelt dat zijn opponent hem met de „suggestieve” tweet „impliciet vergelijkt met Hitler.” De gereformeerd-vrijgemaakte Koops meldde vrijdag aangifte te hebben gedaan tegen Koelewijn wegens belediging, smaad en laster. „Door het twittergedrag van Koelewijn wordt een klimaat gevoed van demonisering van een politicus. Koelewijn overtreedt alle normen van fatsoen”, meldt Koops, die recent in deze krant PVV-leider vergeleek met de profeet Elia. „Die waarschuwde op de berg Karmel tegen afgoderij. Zo verzet Wilders zich tegen de islamisering”, aldus het raadslid, wiens partij verwant is met de PVV.

Koops vindt dat zijn veiligheid wordt aangetast door de opmerkingen van Koelewijn. „Er is sprake van structurele belediging, smaad, laster, opruiing en demonisering van een gekozen volksvertegenwoordiger. In een sfeer van demonisering is ruim 10 jaar geleden Pim Fortuyn vermoord.”

„Extra ernstig” is dat Koelewijn politieman is, vind Koops. „Met zijn grensoverschrijdende en beledigende gedrag op sociale media zet hij het aanzien van het beroep van politieagent in een kwaad daglicht. Het optreden van Koelewijn staat haaks op de integriteit die van een politieagent mag worden verwacht.”

CAP-partijvoorzitter Dirk Koelewijn, wiens partij twee zetels in de raad heeft, ontkende vrijdagmiddag per telefoon desgevraagd Koops te vergelijken met Hitler. In een schriftelijke reactie laat Koelewijn weten dat Koops zelf op de „Duitse toer” ging door CAP-fractievoorzitter Rita van de Groep aan te spreken als „Rita Merkel”. Daarmee doelde Koops op de vermeende slapheid van Rita van de Groep in het vluchtelingenvraagstuk. Ook betitelde Koops CAP’ers als „gutmenschen”, geeft Dirk Koelewijn aan. „Ik heb hem toe geadviseerd: „neemt nog een snorretje, want je begint al aardig op ’m te lijken”. De rest van het verhaal is Koops’ eigen interpretatie, die hij maar al te graag als op zijn ziel getrapt slachtoffer uitvent.”

Voor Koelewijn is „duidelijk dat Koops erg gefrustreerd is dat hij als islamhater binnen zijn eigen gemeente een crisisnoodopvang voor vluchtelingen moest dulden. Hij ziet in Geert Wilders de profeet Elia en dat zegt mijns inziens genoeg. De ware aard van het beestje laat zich nu zien. Nu Koops door mij op zijn eigen angstige islam-doemdenken is gewezen, voelt hij zich aangevallen.”

Koelewijn zegt met het oog op de aangifte een beroep te zullen doen op de vrijheid van meningsuiting, alsook op „het zogenaamde recht op belediging”. „Ik herken me niet in de beschuldigingen van Koops. In het politieke debat, ook via de sociale media worden wel vaker standpunten stevig besproken. Als je niet tegen de hitte kunt, moet je niet in de keuken gaan staan.”

Koelewijn vindt het feit dat hij in het dagelijks leven politieman is „helemaal niets te maken heeft” met de discussie. „Koops en ik hebben een dispuut over mensen in nood. Ik spreek als voorzitter van een partij die sinds 1956 bestaat. Koops is alleenheerser binnen een partij zonder leden.”

Fractievoorzitter Rita van de Groep zei het vrijdagmiddag desgevraagd „schokkend” te vinden als haar partijvoorzitter Koelewijn daadwerkelijk raadslid Koops met Hitler vergeleek. Maar Van de Groep is er niet van overtuigd dat de tweet van Koelewijn zo is bedoeld. „De tweet is ook zo op te vatten dat hij Koops als een soort bromsnor omschrijft.”

Van de Groep zegt zich te keren tegen een „woordenstrijd”, bijvoorbeeld op Twitter. „Ik hou er niet van dat mensen elkaar in discussies in een hoek zetten en elkaar niet de meest vriendelijke benamingen geven. Ik bemoei me verder niet met de discussie tussen Koops en Koelewijn.”