Maastricht restaureert Fort Sint-Pieter
Het is een beetje een rommeltje rond de Sint-Pietersberg bij Maastricht. Aan de Luikerweg wordt nog gewerkt en overal zijn afzettingen. Ook bij het Fort Sint-Pieter is de toegang hier en daar verboden, vanwege instortingsgevaar van de muren. Als het aan de gemeente Maastricht ligt, duurt dat niet lang meer. Er ligt een ambitieus restauratieplan klaar voor het fort en de omgeving.
De mergelgrotten van de Sint-Pietersberg kent bijna iedereen. Enkele maanden geleden waren ze tijdelijk niet toegankelijk omdat gedeeltes ingestort waren en de pers overspoelde de grotten. Ook van de naastgelegen Luikerweg verzakten sommige gedeeltes, waarmee de weg tijdelijk de status verwierf van bekendste weg van Nederland. Intussen zijn de herstelwerkzaamheden nagenoeg voltooid. De grotten zijn alweer open, en alleen de afzettingen op de Luikerweg herinneren nog aan de verzakkingen.
Opschieten met de laatste afwerkingen is nergens voor nodig: binnenkort gaat de weg weer op de schop. Althans, als het aan de gemeente Maastricht en de vereniging Natuurmonumenten ligt. Beide instellingen presenteerden gisteren in het Fort Sint-Pieter een restauratieplan dat de omgeving een ander aanzien moet geven. De versnipperde parkeerplaatsen -voor het fort, een midgetgolfbaan en een chalet- aan de Luikerweg moeten in de toekomst centraal komen te liggen aan een nieuw aan te leggen weg, ietwat verzonken in het landschap.
Behalve over de weg gaat het plan vooral over het fort. Het verdedigingswerk, dat tussen 1700 en 1703 werd gebouwd, was bedoeld om met name Franse aanvallen te kunnen verduren -wat in 1794 werkelijkheid werd- en staat in directe verbinding met de dieper gelegen mergelgrotten. De bedoeling is om het fort „vanuit de verre omgeving weer in zijn oorspronkelijke militaire betekenis te ervaren”, zo wil de gemeente Maastricht. Zichtbelemmerende bomen worden gekapt, aarden wallen moeten het veld ruimen en later geplaatste aanbouwsels worden neergehaald. Verder moet er een publieksinformatiecentrum verrijzen en zal een lift de bezoeker naar het ondergrondse grottenstelsel voeren.
Maar helemaal oorspronkelijk moet het toch ook weer niet worden, zegt de gids die een rondleiding geeft door het fort. „Grote gedeelten zijn doelbewust afgebroken. Men wilde het geen vesting meer laten zijn. Daardoor kun je nu zien wat er gebeurde als een vesting werd ontmanteld. Dat gebeurde soms op grove wijze, met springstof. Ook dat willen we aan het publiek tonen. Het moet er kwalitatief natuurlijk perfect uitzien, maar er is ook ruimte voor educatieve dingen.”
De totale kosten van het ambitieuze plan schat de Maastrichtse wethouder W. Hazeu op zo’n 5 miljoen euro. Maar dat hoeft Maastricht niet alleen op te brengen: de staat draagt fors bij en ook Natuurmonumenten doet een duit in het zakje. Daarnaast draagt ook de EU bij aan de restauratie. Wethouder Hazeu verwacht dat de werkzaamheden in de tweede helft van dit jaar zullen beginnen.
Overigens worden niet alleen de Maastrichtse vestingwerken aangepakt. De stad werkt samen met 19 andere vestingsteden, waarvan 13 in Noord-Frankrijk (zoals Lille en Bergues) en 5 in België (waaronder Brussel, Charleroi en Namen). De tweede Nederlandse stad is ’s-Hertogenbosch. Het ultieme doel van deze samenwerking tussen de vestingsteden is een transnationale aanvraag van een Unesco-status voor werelderfgoed.