Vooroordelen vliegen over tafel in debat over vluchtelingen
Niet zelden stuit de komst van een asielzoekerscentrum (azc) op verzet van de lokale bevolking. In Purmerend liep een gemeenteraadsdebat over de komst van 750 asielzoekers vorige week uit de hand. Na twee heftige bijeenkomsten in het Veluwse Wezep is voor de gemeente nu al duidelijk dat een opvang voor 600 vluchtelingen onhaalbaar is.
Hij is er best een beetje van geschrokken, moet burgemeester A. Hoogendoorn (ChristenUnie) van de gemeente Oldebroek bekennen. Twee tumultueus verlopen bijeenkomsten over de mogelijke komst van een azc voor 600 vluchtelingen in Wezep zijn hem niet in de koude kleren gaan zitten. Voor- en tegenstanders namen vorige week geen enkel blad voor de mond.
„Heftige tegenstellingen kwamen openbaar. Het bleef niet bij een verschil van opvatting, maar flinke emoties kregen de overhand.”
Op sociale media krijgt de burgemeester er flink van langs. „Respectloos”, noemt Hoogendoorn de reacties. „Ik ben een bestuurder die benaderbaar wil zijn, ook via sociale media. Als burgemeester moet je incalculeren dat je flink weerwoord kunt krijgen. Zeker op Facebook heb ik moeten constateren dat discussies niet altijd rationeel blijven, maar emotioneel geladen zijn. In eerste instantie ben ik erop ingegaan door vooral feitelijk te reageren. Intussen is sprake van reacties die écht te ver gaan.” Hoogendoorn overweegt aangifte te doen.
De Oldebroekse burgervader zegt begrip te hebben voor de zorgen die er onder zijn inwoners leven. „Veel tegenstanders van een azc hebben de neiging alles en iedereen over één kam te scheren: vluchtelingen zijn verkrachters, boeven en gelukszoekers. Maar dan doe je mensen tekort. Wie de situatie in Syrië goed kent, weet dat er al veel mensen zijn vermoord en dat vluchtelingen die weg kunnen komen, een veilig heenkomen zoeken. Ik zou het triest vinden als we de deur voor vluchtelingen –die gewoon op onze stoep staan, daar kun je niet omheen– volledig zouden moeten sluiten, omdat er mogelijkwijs een IS-aanhanger of gelukszoeker tussen zit. De goeden mogen niet onder de kwaden lijden.”
Anderzijds waarschuwt Hoogendoorn de voorstanders van een azc voor naïviteit, alsof er geen vuiltje aan de lucht is. „Een stroom vluchtelingen brengt wel degelijk risico’s met zich mee, en die moeten we serieus nemen.”
De burgemeester stoort zich aan discussies die niet over de feiten gaan. „Zo beweren mensen dat we als gemeente geld verdienen aan de opvang van vluchtelingen. Dat is pertinente onzin. We verdienen er niks aan, en het kost ons niets. Daarom is ook het verwijt dat we wél geld hebben voor vluchtelingenopvang, maar níét voor de eigen jeugd onterecht. Emoties en sentimenten vervuilen de discussie. Dat is jammer.”
Het baart de burgemeester zorgen dat de azc-kwestie zorgt voor een tweespalt in de gemeenschap van Wezep. „Mensen reageren onderling heftig op elkaar. De hele toestand heeft een overduidelijke kloof in de dorpsgemeenschap blootgelegd. De plaatselijke kerken hebben de neiging om open te staan voor vluchtelingen, maar geen rekening te houden met tegenstanders. Die twee groepen staan steeds meer tegenover elkaar.
Ik vind het mooi dat vanuit de kerken op basis van christelijke motieven verbinding wordt gezocht met de vluchtelingen. Toch heb ik ze gevraagd om de eenzame, werkloze of aan drugs verslaafde naaste in het eigen dorp niet te vergeten en op te zoeken. Er zijn in Wezep jongeren die stuklopen en geen uitweg meer zien. Gisteravond was er zelfs een speciale thema-avond over suïcide naar aanleiding van een recente reeks zelfdodingen onder de jeugd.”
Het verzet van de Wezepers heeft de gemeente Oldebroek wakker geschud. „Het is problematisch dat een bepaalde groep burgers kennelijk met zó veel argwaan en negatieve beeldvorming tegenover de overheid staat. Als gemeentebestuurder moeten we ons in die tegenstanders verplaatsen. De azc-kwestie moet geen splijtzwam in het dorp blijven.”
Daarom heeft het college van Oldebroek deze week besloten eerst te onderzoeken hoeveel vluchtelingen Wezep aankan. „Het aantal van 600 is in elk geval van de baan. Misschien ligt een kleiner aantal minder gevoelig. Maar dan nog zit je met de vraag of de emoties van de groep die faliekant tegen elke vorm van opvang is beheersbaar blijven.”
Voor Hoogendoorn voelt het als een dilemma. „Enerzijds wil ik niet zwichten voor druk of bedreiging. Anderzijds ben ik als burgemeester verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid en voor het bijeenhouden van de samenleving. Als de komst van een azc de tweespalt in een dorp in stand houdt, maak je meer kapot dan dat je resultaat bereikt.”
Uitvergroot
In het Noord-Hollandse Purmerend verzet een deel van de bevolking zich tegen de komst van een azc voor 750 vluchtelingen. Voor burgemeester D. Bijl (VVD) is dat geen verrassing. „We waren erop voorbereid. Je probeert zo veel mogelijk te zorgen dat het democratische besluitvormingsproces intact blijft. Bij gevoelens van onbehagen is het belangrijk dat de gemeenteraad zich als vertegenwoordiger van de burgers uitspreekt over de kwestie. De vluchtelingenkwestie is een landelijk probleem waarmee we geconfronteerd worden. Het slechtste wat we kunnen doen is de andere kant op kijken.”
Uit Duitse azc’s komen berichten over mishandeling en intimidatie van christelijke vluchtelingen. Bijl vindt dat de media dergelijke berichten uitvergroten. „Ik ga uit van de informatie die ons in Nederland via het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers bereikt. Op basis daarvan maak ik me geen zorgen. We hebben in dit land al langer azc’s. In de meeste ervan gaat het gewoon goed.”
De komst van vluchtelingen roept heftige reacties op in de samenleving. De één ziet asielzoekers als slachtoffers, de ander als profiteurs. Burgemeesters moeten laveren tussen verklaarde voorstanders en felle tegenstanders. Acht vooroordelen gewogen om het debat een stapje verder te helpen.
Asielzoekers zijn allemaal gelukszoekers
„Vluchtelingen willen alleen maar beter worden van Europa. Ze laten hun gezin achter in oorlogsgebied.”
De vluchtelingen die in Nederland asiel aanvragen komen uit Syrië (46 procent), Eritrea (12), Ethiopië (8), Irak (5) en Afghanistan (3), zo blijkt uit cijfers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) over eind september. Gelukszoekers…? Mensen ontvluchten de oorlog in Syrië en het regime in Eritrea. Zij laten op hun gevaarlijke vlucht huis en haard achter. Soms zelfs hun eigen kinderen.
Niet iedereen is in direct levensgevaar als ze in hun eigen land zouden blijven. Wel is hun toekomst vaak uitzichtloos. Sommigen zijn daarom gelukszoekers, net zoals Nederlanders het beste voor zichzelf en hun gezin zoeken. De IND ziet toe op toelating. Vluchtelingen die puur om economische redenen hier aankloppen, krijgen geen asiel.
Het is een hardnekkig misverstand dat vluchtelingen per definitie arm zijn. De Syriërs hebben vaak een goede opleiding en behoren tot de middenklasse.
Vluchtelingen gaan massaal met elkaar op de vuist
„Asielzoekers veroorzaken veel vechtpartijen. Deze week in Drachten, vorige week in Overberg.”
Asielzoekers worden bij hun aankomst in Nederland (tijdelijk) gehuisvest. In tenten, in sporthallen, in kantoren. Soms wel 600 bij elkaar. Ze hebben daar weinig privacy en verkeren vaak maanden in onzekerheid over hun toekomst.
Bovendien komt een flink deel uit oorlogsgebieden of uit landen met een dictatoriaal regime waar sprake is van flinke spanningen. Nu verblijven ze in een vreemd land, hebben weinig te doen en mogen niet werken zolang ze in de asielprocedure zitten.
Deze combinatie van factoren kan tot problemen leiden. VluchtelingenWerk dringt er daarom bijvoorbeeld op aan om asielzoekers zo snel mogelijk duidelijkheid te geven. Vooral nu de wachttijden oplopen.
Toch zijn vechtpartijen nooit te rechtvaardigen. Asielzoekers die zich schuldig maken aan geweld verliezen –volgens de Vreemdelingenwet– hun recht op een verblijfsvergunning. Resoluut uitzetten is een optie.
Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) en de politie proberen overlast te voorkomen, terwijl vrijwilligers hun best doen voor zinvolle afleiding te zorgen. Uitsluiten dat er zich incidenten voordoen, kan helaas niemand. Maar zou een situatie met 600 Nederlanders in één hal vlekkeloos verlopen?
Vluchtelingen zijn verkrachters
„De eerste verkrachtingen zijn een feit. Ook geen wonder als je 600 mannen bij elkaar zet.”
Verschrikkelijk, die meldingen over verkrachtingen in azc’s in Duitsland. Dat is met geen woord goed te praten. Nederland kent echter een rechtssysteem om verdachten te vervolgen.
Verkrachting is in Nederland nog niet voorgekomen, een aanranding in Almere –mogelijk door vier azc-bewoners– begin deze week wel. Dat vluchtelingen zich massaal schuldig maken aan verkrachtingen is onjuist.
Twee derde van de vluchtelingen is man, van wie meer dan de helft tussen de 18 en 39 jaar. Meestal gaat het echter niet om alleenstaande mannen, maar om vaders die tijdelijk afscheid hebben genomen van hun gezin. Alle familieleden meenemen in een gammel bootje is te gevaarlijk en te duur. Vanuit Europa proberen ze hun vrouw en kinderen later veilig over te laten komen.
Elke vluchteling krijgt hier een smartphone
„Elke vluchteling krijgt bij aankomst een smartphone. Ik moet mijn mobieltje toch ook zelf betalen?”
Niet één vluchteling krijgt bij aankomst in Nederland of Europa een smartphone. Inderdaad, vluchtelingen beschikken over een smartphone, maar die hadden ze al voordat ze hier aankwamen. Hun mobieltje is meestal de enige mogelijkheid om contact met familieleden te onderhouden.
Vluchtelingen komen hier niet in een gespreid bedje. Ze moeten maanden wachten op duidelijkheid over hun verblijfsvergunning. In een azc hebben zij recht op een bedrag voor eten, kleding en persoonlijke uitgaven. Voor een gezin met twee kinderen is dat 162 euro per week. Vluchtelingen mét een verblijfsvergunning krijgen een bijstandsuitkering om hier hun leven opnieuw op te bouwen. Velen willen –volgens VluchtelingenWerk– echter niets liever dan in hun eigen onderhoud voorzien. En iets terugdoen als dank voor hun opvang.
Vluchtelingen pikken onze huizen in
„Ik wacht al jaren op een woning. Die asielzoekers krijgen voorrang en pikken onze huizen in.”
Als een asielzoeker toestemming krijgt om in ons land te blijven, dan moet hij het azc verlaten. Elke gemeente is vervolgens verplicht een huurwoning aan te bieden.
Asielzoekers mét vergunning komen inderdaad versneld in aanmerking voor een huurwoning, omdat zij plaats moeten maken voor nieuwe asielzoekers. Ex-gedetineerden of mensen met een medische indicatie krijgen ook voorrang. In de eerste helft van dit jaar hebben bijna 9000 asielzoekers een woning gekregen, waarvoor ze huur moeten betalen.
Op dit moment wachten 13.800 statushouders in azc’s op een woning. De invloed van vluchtelingen op de woningmarkt zou meevallen, aldus minister Blok. Zo’n 6 procent van de sociale woningen gaat naar vluchtelingen.
Toch kan de voorrangsregeling een gevoel van onrechtvaardigheid opleveren bij reguliere woningzoekers. Aanpak voor de krapte op de sociale woningmarkt is niet overbodig.
Asielzoekers nemen al onze baantjes over
„Ik zoek al vijf jaar naar passend werk. Krijgt die asielzoeker ook nog eens voorrang.”
Asielzoekers mogen tijdens de eerste zes maanden van hun procedure niet aan het werk. Daarna dienen ze aan twee voorwaarden te voldoen om beperkt werk te verrichten: ze moeten zes maanden zijn opgevangen door COA of gemeente én het COA moet een verklaring verstrekken dat uitzetting niet aan de orde is. Als daaraan is voldaan, mag een asielzoeker 24 weken per jaar aan de slag.
Krijgt een vluchteling een verblijfsvergunning, dan mag hij aan het werk. De taalachterstand vormt echter een belangrijke barrière voor het vinden van een baan. Eerste prioriteit ligt daarom vaak bij het leren van de taal en het slagen voor het inburgeringsexamen. Werk komt hun daarom niet aangewaaid.
Zo’n moslim past zich echt niet aan onze cultuur aan
„Zo’n enorme stroom vluchtelingen… Zij integreren straks heus niet in onze samenleving.”
Vluchtelingen komen uit allerlei rassen, culturen en volken. Op het moment dat zij hier een nieuwe toekomst mogen opbouwen, maken zij via inburgering kennis met Nederlandse normen en waarden.
De culturele achtergrond van moslims –en in mindere mate van christenen– uit Afrika of het Midden-Oosten staat echter ver van de gemiddelde Nederlander af. Bovendien sluit de religieuze achtergrond van moslims zeker niet aan op de Nederlandse samenleving. Dat levert spanningen op.
Onder de vluchtelingen bevinden zich IS-spionnen
„Moslimlanden sturen stiekem IS-aanhangers om hier een kalifaat te stichten!”
Vluchtelingen uit Syrië slaan vaak juist op de vlucht voor Islamitische Staat. Het ligt ook niet voor de hand dat moslimextremisten in gammele bootjes de gevaarlijke overtocht maken om in Europa of Nederland actief te worden. Het kan wel, maar er zijn gemakkelijker manieren.
De inlichtingendienst AIVD zei vorige week geen signalen te hebben dat IS structureel probeert handlangers naar Europa te sturen. Ook staatssecretaris Dijkhoff ziet geen concrete aanleiding voor extra zorg.
De IND voert met elke vluchteling lange gesprekken (”gehoren”) om te proberen identiteit en vluchtreden vast te stellen. Toch is niet uit te sluiten dat er zich IS-sympathisanten onder de vluchtelingen bevinden. Of dat vluchtelingen alsnog radicaliseren. IND en AIVD moeten daarom alert blijven.