Dr. Kater: Roep als ouder niet vanaf zijlijn hoe het moet
KAMPEN. Om kinderen te leren de confrontatie aan te gaan met de buitenwereld is het van belang dat ouders met hun kinderen meelopen, interesse in hen tonen.
Dat zal dr. M. J. Kater, universitair hoofddocent praktische theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn, vrijdag tegen de aanwezigen zeggen tijdens de hoofdlezing op het tweede congres van de Reformatorische Oudervereniging (ROV) dat wordt gehouden in het Hervormd Centrum in Hardinxveld-Giessendam. Het congres is gewijd aan het thema ”Meelopen of tegendraads”.
Dat lijkt voor een christen, met het Bijbelse ”Gij geheel anders” toch geen keuze?
„Inderdaad is een christen niet van deze wereld. Christenouders moeten echter niet alleen met woorden tegendraads leven, maar ook hun kinderen daarin voorgaan.”
Hoe?
„Het is belangrijk hoe christenouders het gesprek met hun kind aangaan over grote vragen: niet toeroepen vanaf de zijlijn hoe het moet, maar soms ook eerlijk bekennen dat pa en ma ook niet direct een antwoord hebben.”
Welke vragen bedoelt u?
„Zoals over God en het lijden. Heeft God het gewild dat het broertje of die vriend overleed? Of is het antwoord: Dat is niet van God, maar van de duivel, punt? Zeg eerlijk dat je dat als ouders ook moeilijk vindt. Ga erover in gesprek en kom er eventueel later op terug.
Bij de beantwoording van levensvragen geeft de Heere op onze levensweg in de Bijbel als het ware reflectorpaaltjes: als je hieraan voorbijgaat, kom je in de sloot terecht.
Het is van belang dat ouders in een vroeg stadium, in de eerste zes levensjaren, een basis leggen voor een gezonde verstandhouding met hun kinderen. Daarin dient er een evenwicht te zijn tussen vertrouwen en ontzag.
Bij het gesprek over minder belangrijke vragen, zoals over de kleding van man en vrouw, in de kerk gezangen zingen of ritmisch zingen, is het goed dat ouders geen massief isgelijkteken zetten tussen hun opvattingen en de visie van Gods Woord. Dat kan een ouder ook verdedigen door te zeggen dat bepaalde cultureel bepaalde gewoonten voortkomen vanuit de waardevolle traditie, maar ook dat christenen elders in de wereld daar vaak anders over denken.”
U bepleit apologetiek voor ouders. Legt u dat moeilijke woord eens uit?
„Dat houdt in: het verantwoording afleggen, zoals dat in I Petrus 3:15 staat. In de tijd waarin de apostel dit schreef, kwamen christenen in de verdachtenbank terecht. Hij wijst christenen erop zich rekenschap te geven van de hoop die in hen is.
Het gaat er dan om het christelijk geloof uit te leggen. In dat gesprek mag best naar voren komen dat Jezus Christus de enige Weg tot behoud is. Een bakker die zijn brood niet als de beste waar aanbiedt, is misschien een vriendelijke bakker, maar niet overtuigd van de kracht van zijn product.
De gesprekspartner kan heel vriendelijk zijn, maar wel iemand met een andere levensovertuiging. Wij moeten niet als een farizeeër boven zo’n persoon gaan staan, maar mogen wel vertellen waar het beste Brood te halen valt.”