„In begrijpelijke Ot- en Sien-taal”
De Nederlandse militairen in Irak hebben niet alleen geweldsinstructies. Ze dragen ook een kaartje bij zich over omgaan met de media. „Praat alleen over uw opdracht.”
Regels voor militairen, er is heel wat om te doen. Zeker na het schietincident in Irak met de marinier Erik O. en de reactie van het openbaar ministerie daarop. Mogen militairen op missie nu wel of niet schieten?
Eind vorige maand onderbrak de Tweede Kamer haar voorjaarsreces om de ministers Kamp (Defensie) en Donner (Justitie) aan de tand te voelen. De Kamer slikte de uitleg van de ministers dat de instructie duidelijk en „robuust” is.
Aanstaande maandag is in Zuid-Irak wisseling van de wacht. Na acht maanden komen de mariniers naar huis en nemen de Limburgse Jagers het stokje over. Deze militairen, afkomstig van de Nederlandse landmachtkazerne in Seedorf, gaan voor vier maanden „naar de zandbak.”
Aan de regels is niets veranderd, bleek vorige week tijdens een presentatie van de eenheid. Er is vertrouwen in de geweldsinstructies, aldus de nieuwe commandant, overste Van Harskamp.
Wat de omstreden geweldsinstructie precies inhoudt, wil het ministerie van Defensie niet zeggen. De informatie bereikt immers de vijand ook. Als Iraakse terroristen weten of de Nederlandse strijdkrachten al dan niet met geweld zullen reageren op gebeurtenissen, kunnen ze daar hun tactiek op afstemmen. En dat is gevaarlijk.
Iedere uitgezonden Nederlandse militair draagt de geheime geweldsinstructies op een klein geplastificeerd geel kaartje bij zich. ”Op de man”, zoals dat in legerkringen heet. De instructies zijn direct afgeleid van de Rules of Engagement (ROE) voor militairen in Irak.
De ROE zijn met enig zoekwerk op internet te vinden. „These are the rules of engagement for British and supporting troops in British sector in Iraq.” En dan volgen 21 algemene regels voor wat militairen wel en niet mogen doen. De Nederlanders vallen in Irak onder Brits bevel.
De 21 regels bevatten weinig verrassingen. Zo wordt gesteld dat het gebruik van minimaal geweld is toegestaan ter voorkoming van diefstal of vernietiging van eigendommen van de divisie.
Defensiewoordvoerder Otte Beeksma vindt het niet erg dat de ROE openbaar zijn. „Ze staan al langer op internet, uitgelekt via een Noorse omroep of zo. Waar het om gaat zijn de geweldsinstructies. En die blijven geheim.”
Beeksma geeft toe dat de regels gebaseerd zijn op de Britse ROE en op de eigen Nederlandse wetgeving. „De instructie is voor de militairen in begrijpelijke Ot- en Sien-taal opgeschreven.”
Klopt het dat er ook regels zijn voor omgaan met de media?
„Klopt. Die staan ook op een kaartje. Het zijn regels met de strekking als: wees aardig en voorkomend.
Hopelijk trekken de militairen op het juiste moment het juiste kaartje.
„Zeker.”
Beeksma is best bereid de mediaregels even te faxen. Een paar uur later rolt een kopie van de voor- en achterzijde van de kaart uit de fax.
De instructie IK 2-1251 begint als volgt: „Omgaan met de media is een kans, geen bedreiging. Journalisten zijn vaklieden die er niet op uit zijn om u een beentje te lichten. De journalistiek hoort bij een democratie. Ze doen hun werk, ze verzamelen en verspreiden informatie. Ze zorgen dat u en ik, het brede publiek, geïnformeerd blijft.”
Op de achterkant van het kaartje staan acht regels. Van ”U bent het visitekaartje van de landmacht” tot ”Een journalist werkt 24 uur per dag, ook tijdens informele contacten”.
Is dit echt nodig?
Beeksma: „We hanteren graag duidelijke regels.”