De megazaak is aangespannen door de stichting Waardevermindering door Aardbevingen Groningen (WAG), waarbij twaalf noordelijke woningcorporaties en negenhonderd particuliere huizenbezitters zijn aangesloten. Mensen die schade hebben aan hun woning door een aardbeving, kunnen een claim indienen bij de NAM om die te laten herstellen. Maar bij waardedaling van onroerend goed, volgens WAG „een andere forse schadepost” voor veel Groningers, geeft het bedrijf niet thuis.

De stichting eist dat de NAM de waardevermindering van de huizen nu al financieel compenseert. Volgens WAG gaat het om zo’n 100.000 woningen in het bevingsgebied die bij elkaar ruim een miljard euro minder waard zijn geworden.

Huizenbezitters in het bevingsgebied kunnen hun woning niet of alleen ver onder de marktwaarde verkopen, stelt WAG, want potentiële kopers piekeren er niet over om ergens te gaan wonen waar de aarde regelmatig trilt. Volgens de stichting worden in sommige dorpen amper meer woningen verkocht. Vooral in en rond het epicentrum Loppersum zouden huizen daardoor tot meer dan 30 procent in waarde omlaag zijn gegaan. Ook is onroerend goed minder waard geworden door de soms onherstelbare schade, stelt de stichting.

De NAM betwist niet meer dat er een verband is tussen de bevingen en lagere huizenprijzen, al schat het bedrijf dat de daling minder groot is dan WAG suggereert. Maar het bedrijf voelt niets voor een algemene regeling vooraf en wil alleen betalen als een woning wordt verkocht „en de schade in de portemonnee wordt gevoeld”. Want het is onmogelijk om nu te bepalen of en in welke mate huizen in de toekomst minder opbrengen, aldus de NAM.

Verder stelt de NAM dat zij 1,2 miljard euro investeert in het bevingsgebied om de leefbaarheid te vergroten en de economie te stimuleren. Die investering zal vanzelf leiden tot hogere huizenprijzen, voorspelt het bedrijf. Nu compenseren is daarom „een slag in de lucht, een wilde gok”, zeiden de advocaten van de NAM tijdens de rechtszaak in Assen begin juni.

Het gaat in deze zaak nog niet om concrete geldbedragen, maar om de aansprakelijkheid van de NAM vast te stellen. De compensatie voor de waardevermindering moet, als WAG door de rechtbank in het gelijk wordt gesteld, daarna in afzonderlijke procedures worden bepaald.