Wageningse winkeliers worstelen met koopzondag
WAGENINGEN. De winkeliers in de binnenstad van Wageningen lijken over het algemeen wel wat te zien in een maandelijkse koopzondag, maar ze verwachten daarvan vooralsnog geen extra omzet.
Dat bleek woensdag tijdens een debatavond van de Stichting Ondernemersfonds Wageningen (SOW), een collectief van alle ondernemers in het centrum van de stad. De binnenstadwinkeliers houden nu nog zes koopzondagen per jaar, drie in december en één per lente, zomer en herfst. In de Hoogstraat, de voornaamste winkelstraat, doet 75 tot 80 procent van de middenstanders daaraan mee.
Van de gemeenteraad mogen de winkels elke zondag open. De meeste supermarkten maken daar gebruik van. De SOW krijgt signalen dat sommigen van de ruim 150 centrumwinkeliers wel vaker op zondag geopend willen zijn, zeker nu ook Ede koopzondagen heeft. Daarom houdt de stichting daarover binnenkort een enquête. De debatavond was bedoeld als eerste aanzet voor de vraagstelling.
Op initiatief van een middenstander is er deze zomer al een peiling gedaan onder de zelfstandige winkeliers in de Hoogstraat. Van hen is 78 procent voorstander van één koopzondag per maand. De enquêteur, eigenaar van een tabaks- en lectuurzaak, zelf ook. „Die mogelijkheid hebben we, laten we die beetpakken.”
Een collega, die een boekhandel runt, bleek minder positief. „Ik zie de omzet op de koopzondagen alleen maar teruglopen. Veel mensen vinden het wel leuk om door de winkelstraat te slenteren, maar mijn winkel lopen ze voorbij. De laatste koopzondag in juli was helemaal een drama. Met alle 52 zaterdagen een halfuurtje langer openblijven pak ik meer omzet dan met 12 koopzondagen.” Het sociale aspect speelde voor hem ook een rol. „Dan ben ik op zondag lekker vrij.”
Met handopsteken gaf een kleine meerderheid van de circa zeventig middenstanders aan dat zij niet rekenen op omzetstijging als gevolg van de extra koopzondagen, maar eerder op meer kosten.
In de discussie werd in het geheel niet gesproken over godsdienstige bezwaren tegen de koopzondag. Daarentegen werd er juist gepleit voor extra activiteiten op de koopzondagen. „De consument wil funshoppen. Er moet wat te beleven zijn, want als er overal koopzondag is, waarom zou men dan speciaal naar Wageningen gaan terwijl daar niets extra’s is?” In de enquête, die op korte termijn wordt gehouden, zal dan ook worden gevraagd naar suggesties voor activiteiten.
Aan het slot van het debat kwamen de aanwezigen overeen dat gepolst zal worden of de winkeliers voelen voor een proef met een maandelijkse koopzondag. Het experiment zal ongeveer een jaar duren, met halverwege een evaluatiemoment.