Woensdag meldde de federatie van Nederlandse energiebedrijven dat het aantal storingen vorig jaar met 14 procent is toegenomen tot 16.727. In 2002 nam het aantal onderbrekingen met een vergelijkbaar percentage toe. De stijging wordt volgens EnergieNed echter vooral veroorzaakt door een betere registratie van de storingen.

Het gemiddeld aantal klanten dat door een storing werd getroffen, daalde met 10 procent tot 152. De storingen in de laagspanningsnetten treffen gemiddeld slechts veertien klanten.

Een storing in de netten duurde vorig jaar wel wat langer dan in 2002. Gemiddeld hield een onderbreking 88 minuten aan. Dat is 4 minuten meer dan in het voorgaande jaar. Reorganisaties in de energiesector zorgen er verder voor dat het soms langer duurt voordat de storing is verholpen.

Volgens de beheerder van de landelijke netten, Tennet, heeft zich in het landelijke hoogspanningsnet geen enkele stroomstoring voorgedaan. Omdat hoogspanningsverbindingen veelal door de lucht gaan, hebben ze geen last van graafwerkzaamheden. Bovendien is het hoogspanningsnet uitgevoerd met dubbele lijnen, waardoor de ene lijn de andere kan vervangen bij onderhoudswerkzaamheden, aldus de organisatie.

Tennet beheert de hoogspanningsnetten van 380 en 220 kilovolt (kV). De zelfstandige overheidsorganisatie wil al langer ook de hoogspanningsnetten vanaf 50 kV in bezit krijgen. Nu is nog 60 procent van het transportnet in handen van vier bedrijven.

Een woordvoerder van het ministerie van Economische Zaken vindt dat de cijfers van EnergieNed geen heel nieuw licht werpen op de situatie rond stroomstoringen. In de nieuwe elektriciteits- en gaswet, die nog behandeld moet worden in de Tweede Kamer, wordt het toezicht op het goed onderhouden van het netwerk niettemin aangescherpt.