Rotterdammers kunnen één keer per jaar het dak op
ROTTERDAM (ND). Je kunt dit weekend het dak op in Rotterdam tijdens de Rotterdamse Dakendagen. Verslag van een voorproefje.
Bus 77 vertrekt, onder aan metrostation Rijnhaven. Het laatste licht valt over Katendrecht en strijkt even verzoenend langs alle deurposten. Nieuwe en oude huizenrijen rijgen zich aaneen tot aloude volkswijk, in een stad aan zee. Ooit passagierden hier zeelieden van alle continenten, bootwerkers met armen als kabeltouwen. Nu stapelen hun opvolgers containers met een veegje over de joystick. De tuberculeuze smoorlucht, de kolendamp en de bloedhoest van de roetneerslag zijn weggewaaid. Als dat geen vooruitgang is.
Tegelijk voltrok zich de uittocht van de havens zelf. Zware industrie en grote vaart vertrokken uit het zicht van het stadscentrum en gingen westwaarts, de zee op: de Maasvlaktes. En nu is de Noordzee, nu is het hele idee van ”werken in de havens” voor de gemiddelde scholier in Rotterdam-Zuid vér weg.
De buschauffeur weet nog dat de hoogste toren van de stad 52 meter was. Hij had toen hoogtevrees. Maar hoe hoger de gebouwen, hoe minder eng, zegt hij. En dan zit je hier goed – want de gebouwen worden steeds hoger. De hoogste bakens zijn nu: de Montevideo (139,5 meter), De Rotterdam, naast de Erasmusbrug op de zuidoever, met 149 meter, gebouw Delftse Poort (151,35), de New Orleans (158,36) en, ”to top it all”, de Maastoren (164,75).
Bij hotel nhow (De Rotterdam) staat op een schutting: „De aanleg van de Erasmusbrug verandert de Wilhelminapier van een havengebied naar een verlengstuk van het Rotterdamse centrum.” Er zit een wereld in die ene zin. Want dat was altijd andersom: het centrum was altijd een verlengstuk van de haven. Het wás de haven! Open, weids en groots, dat is het allemaal. En tegelijk ligt Rotterdam verder weg van zee dan ooit. Alleen op de hoogste daken zie je nog de samenhang met de verre zeehavens.
Eén keer per jaar mag het voetvolk van de trottoirs, van de metrotunnels, boven op hun trotse torens staan. Dan liggen de designkantoren met hun bevoorrechte uitzichten onder jouw schoenzolen. Een trotse stad aan je voeten. En even lijkt Rotterdam-Centrum weer het zeekasteel dat het ooit was.