Binnenland

Wereldhof wikt en weegt Israëlische veiligheidsmuur

Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag had maandag zijn eerste dag in de hoorzitting over de Israëlische veiligheidsbarrière op de Westelijke Jordaanoever. Naar verwachting rondt het wereldhof woensdag de hoorzittingen af.

Van onze verslaggever
24 February 2004 07:03Gewijzigd op 14 November 2020 00:59

De zitting op de eerste dag werd geopend door een drie uur durende uiteenzetting van de kant van de Palestijnse Autoriteit. De vertegenwoordiger van de Palestijnse Autoriteit bij de Verenigde Naties, Nasser al-Kidwa, zei van het hof te verlangen dat het de „rechten van het Palestijnse volk erkent en bewijst dat het internationaal recht niet irrelevant is.”

Het Internationaal Gerechtshof, dat het belangrijkste rechterlijke orgaan van de VN is, is door de Algemene Vergadering van de VN gevraagd een advies te geven over de juridische consequenties van het 700 kilometer lange veiligheidshek van Israël.

Volgens al-Kidwa is de Palestijnen te lang „het recht op zelfbestuur en soevereiniteit over hun land” ontzegd, waardoor de helft van de Palestijnen vluchteling is. Door de Israëlische bezetting van het Palestijnse grondgebied zijn de Palestijnen beroofd van „hun grondrechten en vrijheden” en zijn in plaats daarvan „gedemoniseerd en vernederd”, aldus de VN-ambassadeur. „Als je een heel volk zijn rechten ontzegt, zijn land en bezit afneemt en het wegdrukt in enclaves en getto’s, ben je niet bezig het veiligheidsprobleem op te lossen.”

Volgens al-Kidwa is het veiligheidshek bijna volledig gebouwd in het „bezette Palestijnse gebied”, wat in de praktijk neerkomt op een feitelijke annexatie van het land. Als de scheiding volgens de plannen wordt afgerond, blijft slechts de helft van de Westelijke Jordaanoever over voor de Palestijnen. Bovendien heeft de internationale gemeenschap Israël diverse keren opgeroepen zich terug te trekken uit de „bezette” gebieden.

Al-Kidwa werd maandagmiddag bijgevallen door de Zuid-Afrikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken, Aziz Pahad. „De scheidingsmuur is geen veiligheidsbarrière”, aldus Pahad, die verwees naar het verleden van Zuid-Afrika toen het in de jaren zestig en zeventig zelf vanwege het blanke apartheidsbeleid voor het Internationaal Gerechtshof moest verschijnen. De vraag naar de (on)rechtmatigheid van de invoering van het apartheidsbeleid in het huidige Namibië vormde zelfs een van de belangrijkste zaken die ooit bij het VN-hof zijn neergelegd, waarin het hof zich echter niet bevoegd achtte. Ook in de kwestie van het veiligheidshek wordt door tegenstanders vaak van „apartheidsmuur” gesproken.

Volgens Pahad bewijst de geschiedenis van Zuid-Afrika ook dat „een militaire strijd geen oplossing” brengt. „Dat zal ze ook niet brengen in het Midden-Oosten. De veiligheidsbarrière brengt de tweestatenoplossing die is voorgesteld in de routekaart naar vrede niet dichterbij.” Pahad riep het hof ertoe op alles te doen waardoor de barrière verdwijnt.

De Zuid-Afrikaanse ambassadeur Jana in Nederland ging nog een stapje verder. Zij gebruikte herhaaldelijk het woord ”afgrijselijk” bij de beschrijving van de Israëlische politiek in de bezette gebieden.

De Palestijnse al-Kidwa ontkende dat de zaak bij het Internationaal Gerechtshof gaat over het Israëlisch-Palestijnse conflict in het algemeen. Ook bestreed hij dat de muur noodzakelijk is om Palestijnse zelfmoordaanslagen, zoals die van gisteren, te voorkomen. „Als het Israël daarom zou gaan, had het de muur langs de grens uit 1949 kunnen plaatsen en niet in Palestijns gebied. Als Israël een veiligheidsmuur wenst, had het er een kunnen bouwen op eigen grondgebied van 80 meter hoog in plaats van 8 meter.”

Ook stelde hij dat het aantal doden onder de Palestijnen vanaf het begin van de tweede intifadah ligt op 2770, tegenover ruim 900 onder de Israëliërs. Hoewel de Palestijnen de zelfmoordaanslagen veroordelen, stelde al-Kidwa dat ze het gevolg en niet de oorzaak zijn van het Israëlische optreden.

De omgeving van het VN-hof, dat is gevestigd in het Vredespaleis in Den Haag, was maandag de hele dag het toneel van demonstraties van zowel pro-Israëlische als pro-Palestijnse demonstraties.

De Palestijnse premier Ahmen Qurei reageerde maandag in zijn woonplaats Abu Dis tegen verslaggevers op de hoorzitting. „Wij zeggen tegen de rechters in Den Haag: Luister naar wat de Palestijnen hebben te zeggen. Zij sluiten geen compromis over hun rechten”, aldus premier Qurei.

Volgens een juridisch medewerker van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken, Alan Baker, hebben de Palestijnen maar één doel met de hoorzitting bij het internationale hof. „Hun werkelijke doel is om Israël in het beklaagdenbankje te krijgen en dan naar Israël te wijzen en te zeggen dat het een vogelvrije staat is”, aldus Baker tegen verslaggevers van het persbureau Reuters. „En dit zal geen enkele Israëlische regering laten gebeuren.”

Israël heeft volstaan met eerder schriftelijk zijn standpunt in te dienen. Het land betwist onder meer de bevoegdheid van het Internationaal Gerechtshof om een oordeel te geven over de muur.

In de schriftelijke uiteenzetting van Israël die gisteren openbaar werd stelt de regering-Sharon dat ”Palestina” (dat steeds tussen aanhalingstekens staat) geen partij kan zijn in het juridische conflict voor het Internationaal Gerechtshof. In beginsel zijn alleen staten partij bij het VN-hof.

De voorzitter van de vijftien rechters van het ICJ, de Chinese rechter Shi Jiuyong, sprak maandag wel gewoon over Palestina alsof het een staat is. De Palestijnen hebben -net als bijvoorbeeld het Vaticaan- een waarnemersstatus bij de VN.

Israël betwist de bevoegdheid van het hof om een uitspraak te doen in deze kwestie omdat ’Palestina’ geen staat is die lid is van de VN en evenmin een internationale organisatie.

In andere passages herinnert Israël er voorts aan dat er geen vastgelegde begrenzing bestaat tussen de joodse staat en gebieden die de Palestijnen claimen. De demarcatielijn tussen de troepen van Israël en het koninkrijk Jordanië uit 1949, is beslist geen overeengekomen afbakening tussen de joodse staat en de destijds Jordaanse, Palestijnse gebieden. Het was enkel de frontlijn. De grens moet via onderhandelingen worden afgebakend. Dit beklemtoont de Israëlische visie dat de Palestijnse gebieden omstreden en niet zozeer veroverd en bezet zijn.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer