In Amsterdam, Rotterdam en Utrecht voerden maandag al zo’n 220 medewerkers acties. Zo voeren ze geen overwerk meer uit, werken geen extra diensten meer en dwingen hun pauzes af. De stiptheidsacties worden de komende weken uitgebreid naar verschillende regio’s, waaronder Den Haag, Flevoland, Gelderland en Zeeland.

Behalve een structurele loonsverhoging van 2,5 procent eisen de bonden dat de werkomstandigheden snel worden verbeterd. Zo zouden oudere werknemers niet langer verplicht moeten worden om nachtdiensten te draaien. Ook moet de agressie en hoge werkdruk waar ambulancemedewerkers dagelijks mee te maken hebben, worden aangepakt.

„Het is fysiek heel zwaar werk. In grote steden bijvoorbeeld moeten mensen op brancards uit flats zonder lift worden gehaald. Psychisch is het heel zwaar; medewerkers worden geconfronteerd met ernstige verkeersongelukken en in toenemende mate met agressie en geweld”, vertelt Seifert. Ook moet het ambulancepersoneel continu onregelmatig werken. „Dan weer vroeg, dan weer laat, dan weer nachtdienst of weekenddienst.”

De vakbonden dreigden vorige maand al met acties als de arbeidsomstandigheden van ambulancemedewerkers niet zouden verbeteren. Het acute ambulancevervoer blijft volgens vakbondsman Seifert „voorlopig” gegarandeerd.

Een woordvoerster van AZN, belangenorganisatie voor de ambulancezorg, zegt de acties te betreuren. „De deur staat bij ons open voor verder overleg. ,Wij hebben er alles aan gedaan om de onderhandelingen tot een goed einde te brengen”, stelt de zegsvrouw. AZN wijst erop dat als medewerkers vanaf 55 jaar het recht krijgen om van nachtdiensten af te zien, jongere ambulancehulpverleners onevenredig veel belast zullen worden.

In Nederland zijn ruim 5300 mensen werkzaam in de ambulancezorg.